Huttentocht 2017 – Zermatt Zwitserland

Tocht van de treinen en de Matterhorn

In 2017 valt ons oog weer op Zwitserland voor een mooie tocht. De omgeving van de Matterhorn is natuurlijk wereldberoemd en lijkt ons ook bijzonder mooi. Vanuit Zermatt kun je met een tandradtrein tot heel hoog komen. Vandaar kunnen we een mooie route uitstippelen. Op het laatste moment moet Franc helaas afhaken. Hij krijgt het niet rond in zijn agenda.

Zo vertrekken we op vrijdagavond 22 september met z’n drieën richting Zwitserland. We komen ’s ochtends aan in Tasch, dit is het laatste dorp dat met de auto is te bereiken in dit dal. Het laatste stukje naar Zermatt moeten we met de trein. De auto laten we hier achter in een mooie moderne en ruime parkeergarage op het station. We komen redelijk vroeg aan in Zermatt en hebben nog tijd om een rondje te lopen door het dorp en om Franken te tappen. We nemen nog een kop cappucino en gaan dan naar het dalstation van de Gornergratbahn. We stappen in de trein die behoorlijk vol wordt, vooral heel veel Japanners of Chinezen. Een bijzondere ervaring, vooral als we de Matterhorn goed in het zicht krijgen. Enthousiaste kreten in een onverstaanbare taal, maar het is duidelijk dat ze onder de indruk zijn. En er worden zoveel mogelijk foto’s gemaakt vanuit de meest onmogelijke posities.

Bij het station Rotenboden stappen we uit. Hier hebben we al een prachtig uitzicht op de Matterhorn op deze fantastische zonnige morgen. We lopen een klein stukje naar beneden naar de Riffelsee. Dit is zo’n punt waar de meest prachtige foto’s worden gemaakt van de Matterhorn met weerspiegeling in het water. Als je foto’s van de Matterhorn ziet, kom je ongetwijfeld ook foto’s tegen vanaf dit meertje. Je kan wel merken dat dit een populair fotoplekje is. Het is hier nog super druk. We maken natuurlijk ook een paar prachtige foto’s hier en gaan dan verder.

We lopen langs de zuidhelling van de Gornergrat, we lopen hier boven een heel mooie gletscher, de Gornergletscher. Hier op dit pad is het al een stuk rustiger. Dit voelt al wat meer als een huttentocht. Genieten van de fantastische omgeving en de rust. We krijgen al snel zicht op de Monta Rosa Hütte midden op de gletscher. Het is een bijzondere en zeer modern uitziende hut. We hadden graag in deze hut willen overnachten door een deel van de gletscher over te steken. Helaas zijn we precies één dag te laat. Juist vandaag sluit de hut voor het winterseizoen. Dus we moeten vandaag een stuk verder lopen.

Verderop zigzaggen we nu langs de helling omhoog de graat op. We worden hier vergezeld van een stel jonge Amerikanen die hier ook de helling omhoog komen. Bovenop de graad maken we wat groepsfoto’s over en weer. Toch wat makkelijker dan een selfie maken. We zitten hier net voorbij het eindstation van de Gornergratbahn en het hotel wat daar naast staat. Omdat we aan de andere kant van de graat weer naar beneden moeten komen we hier ook langs en natuurlijk is het hier weer enorm druk.

Zo dalen we weer een heel eind af richting de Grünsee, ook hier is een hut die inmiddels al gesloten is. Dus ook hier kunnen we niet overnachten. We lopen daarom hiervandaan verder. Het gaat nu weer omhoog richting de Fluhalp. Al met al is het best een stevige wandeling vandaag zo na een nacht rijden. Maar als we in de Fluhalphütte aankomen genieten we na van de prachtige omgeving bij een heerlijk glas bier.

Tegen de avond begint het te betrekken. Aan de andere kant in het dal naast de Matterhorn zien we een bui. Het geeft een heel bijzonder effect als de zon er half op schijnt. En we zitten inmiddels lekker droog in de hut, dus ook dit is genieten. We krijgen nog een heerlijke warme maaltijd en daarna is het al vroeg tijd om naar bed te gaan. Heerlijk om te gaan slapen na een lange vermoeiende en zeer indrukwekkende dag.

De volgende dag hebben we geen haast. Omdat het met plannen in deze tijd van het seizoen wat lastiger was en we daardoor de eerste dag extra ver moesten lopen hebben we gelijk voor 2 nachten in de Fluhalphütte afgesproken. Vandaag kunnen we dus gewoon een rondje lopen in de buurt van de hut. We hebben besloten om naar de gletscher hier vlakbij te lopen en te kijken of we daar veilig een stukje overheen kunnen lopen. Het is vanmorgen nog wat bewolkt en nat. Het heeft vannacht een klein beetje gesneeuwd en nu is het aan het smelten. Als we op weg zijn klaart het al snel op en breekt de zon door.

We lopen over een smalle rand van het dal van de gletscher, het is een karakteristieke helling waarbij je goed kunt zien dat hier de gletscher heeft gelopen en nu een enorm stuk is weggesmolten. We kunnen een heel eind langs deze helling oplopen, maar op een gegeven an n zijn gekomen. We proberen of we hier langs de rotsblokken naar beneden kunnen komen, want dan komen we bij de gletscher uit. Maarten ziet het wel zitten en gaat hier naar de gletscher, maar Arnoud en ik vinden het toch wat te riskant. We besluiten om het pad terug te lopen en dan vanaf beneden richting de gletscher te lopen. We spreken af dat we elkaar daar weer treffen. Het voordeel is dat we elkaar een heel stuk van de weg kunnen blijven zien.

Zo lopen we ongeveer een uur weer terug vlak langs de hut en daarvandaan weer door over een ander pad dat hier de helling afgaat het gletscherdal in. Als we daarvandaan richting de gletscher lopen treffen we Maarten die daar heerlijk op een grote platte rots in de zon ligt te rusten. We genieten nog een tijdje van de zon hier en eten nog een broodje die we mee hadden genomen. En we gaan daarna nog even naar de voet van de gletscher. Ook een mooi stuk landschap. Het is hier vrij vlak en er komt een behoorlijke stroom onder de gletscher vandaan die hier door de vlakte meandert. Met wat sprongen kunnen we de beek oversteken van steen naar steen. Als we zijn uitgekeken lopen we terug over het pad waarlangs Arnoud en ik naar beneden zijn gekomen en zijn zo weer op tijd in de hut terug.

Maandagmorgen moeten we vroeg aan de bak. Vandaag staat er wel een lange tocht op het programma. Daarom gaan we voor ons doen redelijk vroeg op pad. Het is helemaal helder en daardoor behoorlijk koud. Al het gras is flink bevroren. En het is betoverend mooi om de vroege ochtendzon te zien schijnen tegen de Matterhorn. Als we even op weg zijn komen we een grote kudde gemsen tegen. Er zijn ook nog wat jongen bij. Prachtig gezicht om ze zo weg te zien springen. We gaan eerst nog een flink eind omhoog achter de Fluhalp. En dan komen we bij een sattel waarvandaan we het volgende dal in kunnen afdalen. Boven op het sattel komen we 2 amerkaanse toeristen tegen die met een gids hebben geprobeerd een top hier in de buurt op te komen door de sneeuw. Het is helaas niet helemaal gelukt. Het bleek toch te zwaar te zijn en ze moesten halverwege weer terugkeren. Ze vertelden dat ze ook nog op hun lijstje hadden staan om de Matterhorn zelf te beklimmen als dit gelukt was. Maar dat plan laten ze nu ook maar varen.

Intussen beginnen wij aan onze afdaling in het volgende dal. Het is nog goed uitkijken want veel stenen zijn nog bevroren en hebben soms een verraderlijk glad laagje erop zitten. Gelukkig staat de zon erop en is het iets lager al wat warmer. Dus verder is het wel een lange maar geen gevaarlijke afdaling meer. We gaan eerst door een grote morenen helling. Dankomen we op een onverharde weg uit die meer door de alpenweiden loopt. We lopen een kudden schapen tegen het lijf die heel de weg bezetten, maar als we dichtbij komen wijken ze snel uit de weide in. Zo kunnen we ongestoord onze weg vervolgen. Verderop richting de mond van het dal komen we een nederzetting tegen waar ook een pensionnetje is. Ze zijn al aan het opruimen en inpakken voor vertrek, maar gelukkig kunnen we nog wel een bordje soep bestellen.

Vanaf hier is het nog een behoorlijke afstand voordat we bij onze laatste hut zijn. We zijn dus blij dat we nog wat energie konden tanken uit de soep. We lopen nu verder langs vrij steile hellingen van het hoofddal (Zermatt, Tasch en Randa). We passeren nog wat bruggetjes en tunnels. Dan komen we eindelijk na een lange dag bij de langste loopbrug ter wereld. Klinkt spectaculair, maar in werkelijkheid viel het iets tegen. Een aardige belevenis, maar niet overdreven indrukwekkend. De Matterhorn zelf heeft een veel grotere indruk achtergelaten dan deze hangbrug, maar goed we waren er toch en toch leuk om er geweest te zijn.

Hierna nog even een beste klim voordat we uiteindelijk bij de Europahütte zijn. Het is een vrij kleine hut met relatief best wel wat bezoekers. Dus niet overvol maar wel een gezellige drukte. Vlak voor het eten wordt er wat zout gestrooid buiten, daar komt een groep steenbokken op af. Blijkbaar een vaste attractie hier. Wel leuk om de steenbokken even van dichtbij te zien.

De laatste ochtend gaan we nog een keer over de 484 meter lange hangbrug en dalen daarna direct af het dal in. We komen uit in het dorp Randa en hier zijn we net op tijd om op de trein te springen naar Tasch waar de auto staat. En dat was nog niet eens de laatste trein die we hebben genomen. We rijden met de auto naar Goppenstei en nemen daar de autotrein door de tunnel naar Kandersteg. En vandaar kunnen we zo door naar huis.

Dit was echt de tocht van de treinen. En natuurlijk de tocht van de Matterhorn… want “Was war es ohne Matterhorn”. Onvergetelijk!

Huttentocht 2016 – Lienzer dolomieten

We hebben het 2016. De dolomieten bevallen zo goed dat we er ook dit jaar weer heen willen. Wel de Oostenrijkse kant deze keer, dus de Lienzer dolomieten in Ost-tirol. We rijden met de auto tot vlak bij de Dolomiten Hütte, een luxe die we nog niet eerder hebben gehad, tot zo vlak bij de hut te komen met de auto. We overnachten pas op de laatste nacht in deze hut en we lopen nu eerst naar een hut verderop.

Dolomiten Hütte

We beginnen op een brede grindweg richting de Karlsbader Hütte en passeren nog een boomstam waterbak met bron en een beekje met wat speelgoed watermolentjes. Daarna gaat het verder op een wat smaller en steiler gruispad tot net boven de boomgrens. Daar zien we de Karlsbader Hütte al liggen. Maar ook daar gaan we later pas naartoe, nu gaan we rechtsaf. We gaan een vrij hoog sattel over en daarna langs een wand van een soort keteldal naar de Weittalspitze. Het laatste stuk deze berg op gaat via een klettersteig. Het is niet een heel zware klettersteig, maar er zitten toch een paar pittige stukjes in. Onder andere een klein stukje ongezekerd over een steile gruishelling met weinig grip en een opstapje waar we even een extra handje hulp nodig hadden om tegen op te klauteren.

Weittalspitze

Al met al toch weer gelukt. En dan even heerlijk genieten van de omgeving en het uitzicht vanaf de top. Dan is het al gauw weer tijd om af te dalen naar de Kersenbaümer Alm. Eerst een steile gruishelling en even verder een minder steil gruishelling, daar gaat het iets sneller en makkelijker naar beneden. Het laatste deel gaat door een alpenweide en bereiken we ook al de boomgrens. Zo bereiken we de kleine maar gezellige hut. Het is er niet druk dus we hebben genoeg ruimte. We krijgen een prima maaltijd voorgeschoteld, die smaakt altijd goed na een lange en vermoeiende dag.

Kersenbaümer Alm

De volgende dag is wel een heel bijzondere, de allereerste keer dat ik mijn verjaardag in een berghut vier. Dus is het ontbijt extra lekker. Het brood was net zo droog als altijd, maar op je verjaardag smaakt het veel beter. Tijdens het ontbijt gelijk maar mijn cadeautjes uitgepakt. Na het traditionele selfie moment kunnen we weer op stap met een mini slinger aan mijn rugzak en stralend weer. Eerst een stuk door het bos en al gauw omhoog de volgende berg op. Ook deze dag weer een mooie klettersteig op het programma, de Madonnen klettersteig. Iets zwaarder dan gisteren en met een heuse kabelbrug, een kleine weliswaar, maar het geeft wel een extra dimensie aan deze dag. Vanaf de top van de große. Gamswiesenspitze zien we de Karlsbader Hütte liggen, ons einddoel voor vandaag.

Kabelbrug

Via een ander pad lopen we naar beneden naar het begin van de klettersteig. Van daar vervolgen we onze oorspronkelijke pad naar de Karlsbader Hütte. Eerst nog wel weer omhoog naar het sattel waar we de eerste dag al langs zijn gekomen. Daar vandaan dalen we in een tamelijk rechte lijn af naar de hut. Deze hut is wat groter en ligt ook iets meer op hoogte. Bovendien is het ook wat drukker. Er zijn wat militairen die hier in de buurt wat klimoefeningen doen.

Karlsbader Hütte

De laatste wandeldag is alweer aangebroken. Deze dag begint wat bewolkter en daardoor ook wat frisser om te wandelen. We doen eerst een rondje klettersteig om daarna weer bij deze hut te lunchen. We kunnen de meeste spullen dus in de hut achter laten om later op te pikken. Zo gaan we vol goede moed op pad vandaag. Als we de eerste top bereiken, de Kleine Laserzkopf, dan is het weer al aardig opgeklaard. Een magnifiek uitzicht op het dal van Lienz en richting Matrei is onze beloning. Vanaf daar is het nog een heel aantal hellinkjes op en af en uiteindelijk gaan we vlak voor de laatste hoge top via de notabstieg naar beneden terug naar de hut. Het was een bijzonder mooie klettersteig met prachtig uitzicht, zeer de moeite waard.

Uitzicht
Uitzicht naar de Gross Glockner

In de hut genieten we nog van een lekker bord soep en vertrekken dan voor de laatste etappe van de tocht. We lopen op ons gemak naar de Dolomiten Hütte. Grotendeels dezelfde route als het begin van de eerste dag, maar dan in tegengestelde richting. Zo bereiken we de hut die op een spectaculaire plek ligt in het bos bovenaan een steile rotswand met uitzicht op de groene hellingen aan de andere kant van het brede dal. Hier verblijven we voor onze laatste overnachting, voordat we fris en uitgerust weer in de auto kunnen stappen om naar huis te rijden. Maar het loopt wat anders. Eén van ons moest ’s nachts naar de dokter in het dal, wat eindigde in een onverwachte helikoptervlucht naar het ziekenhuis in Klagenfurt. Een bedrukt en onverwacht einde van deze tocht, maar gelukkig is alles uiteindelijk wel goed gekomen.

Huttentocht 2015 – Drei Zinnen

In 2015 willen we graag weer een keer terug naar de Dachstein gruppe, daar zijn nog zoveel mooie klettersteigen die willen we nog graag een keer doen. Maar naarmate de datum van de tocht nadert blijkt het weer in Oostenrijk niet geschikt te worden voor deze tocht. Maar goed we gaan toch maar op weg en we nemen het klettersteig boek mee, zodat we nog een leuke tocht bij elkaar kunnen puzzelen. Ergens halverwege Duitsland besluiten we toch maar weer naar de dolomieten te gaan en deze keer naar de Drei Zinnen.

Fischleintal

We parkeren de auto ’s morgens in het Fischleintal vlak bij Moos. Echt Süd -Tirol hier. Alles in het Duits en in het Italiaans. Onderweg hebben we nog wel wat buitjes gehad, maar als we uitstappen is het al echt zonnig. Heerlijk weer voor een flinke wandeling.

Talschlusshütte

We beginnen met een redelijk vlak stuk. Het is hier ook wat drukker. Duidelijk een geliefd wandelgebiedje voor mensen die in zijn voor wat lichtere inspanning. Heel gemoedelijk dat wel. Na het passeren van een lokale hut, de Talschlusshütte, begint het echte werk. Vanaf hier volgen we een goed begaanbaar, wel wat steiler pad omhoog. Na een tijdje komen we een mooie picknick-tafel tegen, een uitstekende gelegenheid om een lekkere lunch te eten. De semmeln zijn nu nog redelijk vers, dus het smaakt uitstekend.

Picknick

We worden omgeven door imposante rotspartijen en gruishellingen met nog wat verse sneeuw erop. Het ziet er al indrukwekkend uit. We moeten nog een heel klimmetje dus we vervolgen onze weg. Met een zeer beheerst tempo komen we zo steeds verder en bereiken we wat later in de middag de Drei Zinnen Hütte. Het is inmiddels wel wat frisser geworden en met een lekker jackie aan gaan we nog even op het terras zitten. Fantastisch vol uitzicht op de wereldberoemde Drei Zinnen – of Tre Cime in het Italiaans – heb je hier. Volop genieten dus, met natuurlijk een welverdiend glas bier.

Drei ZInnen

De Drei Zinnen Hütte is een behoorlijk grote hut en het is er ook vrij druk. Dus allemaal tegelijk aan tafel in de eetzaal voor het diner. En ’s nachts slapen we in een grote zaal vol stapelbedden. Het is ons om het even. Slapen doen we toch wel na een slaaparme nacht in de auto en een stevige wandeling overdag.

Drei Zinnen in de zon

De volgende morgen begint met een prima ontbijt en heerlijke ochtendzon tegen de toppen. Beter kun je de dag toch niet beginnen. Het is buiten de hut wel al wat drukker. Er is een trail run vandaag met de finish precies hier voor de hut. Dus de voorbereidingen zijn al in volle gang en de muziek is alvast op volume gebracht. Gezellig wel, maar voor de rust moet je hier nu even niet zijn.

Tunnel

We lopen vandaag een zeer gevarieerde route. We beginnen dicht bij de hut in een tunnel die grotendeels door de berg omhoog gaat. Een hele leuke ervaring. Soms een steil pad, soms een trap. Soms donker en soms met licht door openingen aan de zijkant. Vanuit die openingen heb je ook nog vaak leuk uitzicht. En we kunnen ook mooi onze “mijnwerkerslampjes” gebruiken in de donkere gedeelten. Na de tunnel volgt een mooie klettersteig naar een sattel. Vanaf hier kiezen we eerst voor een klettersteig naar de top van de Paternkofel. Een mooie top met prachtig uitzicht op de omgeving en op de Drei Zinnen.

Drei Zinnen

We vervolgen de route terug naar het sattel en vandaar door over een wat makkelijker deel van de klettersteig door richting de Büllele Joch. We komen nog wel een stukje tegen waar je niet rechtop langs kunt lopen, dan maar even op de knietjes. De klettersteig gaat verderop over in een gewoon pad. Nog wat verder is het ineens veel drukker. Het blijkt dat we hier lopen over het uitgezette parcours van de trail run. Gelukkig zijn de paden hier breed genoeg, Je kunt elkaar hier prima passeren. Bij de Büllele Joch genieten we van een lekkere Apfelstrudel met slagroom, prima lunch!

Büllele Joch

Vanaf hier maken we een uitstapje naar een ander topje hier vlak achter. Het is niet zo heel veel hoger, maar er is wel een mooi uitzicht op het dal. En we komen ook langs restanten van loopgraven uit de eerste wereldoorlog. Best indrukwekkend om te zien en om je voor te stellen hoe dat geweest moet zijn zo’n 100 jaar geleden.

Dolomieten

De rest van de middag lopen we door naar de volgende hut: Rifugio Zsigmondy Comici. We komen niet heel vroeg aan, maar ruim op tijd voor het diner. Lekkere Schnitzel met frieten. Alleen Arnoud heeft meer zin in een omelet. We slapen in de kelder en moeten buitenom om er te komen. Best fris zo ’s avonds. Voordeel is wel dat we de kamer voor onszelf hebben deze keer.

Zsygmondi Comici Hütte

Na alweer een goed ontbijt stappen we de volgende morgen weer bijtijds op. Onder een strak blauwe lucht wandelen we door de frisse ochtendlucht de laatste etappe. We komen nog een stuk klettersteig tegen met een mooie fotospot. Daar moeten we natuurlijk even uitgebreid gebruik van maken. We hebben nog een stuk klettersteig op de planning vandaag, maar door de sneeuw die er ligt vinden we het te riskant. We gaan weer een stukje terug en lopen via de normale kortere route het dal in.

Fotoshoot

We komen precies op tijd beneden. Als we net op het terras zitten begint het wat te regenen. Hiervandaan kunnen we mooi met een kabelbaantje naar beneden. En vanaf daar nog een klein stukje met de bus naar de parkeerplaats waar de auto staat.

Ins tal

Zo zijn we mooi op tijd beneden. We kunnen nu vast aan de terugreis beginnen. We rijden tot vlakbij de Duitse grens en daar overnachten we in een ruim appartement in Lermoos. Zo zijn we al een mooi eindje op weg en kunnen we morgen de reis rustig afsluiten. Zo hebben we weer heerlijk genoten van opnieuw een wunderschöne tocht

Huttentocht 2014 – Brenta Dolomieten

2014 is een prachtig jaar. Inmiddels de 10de keer dat we erop uit trekken. Dus dat moet iets bijzonders worden. We plannen een dagje extra zodat we wat ruimer de tijd hebben. De keuze valt op de prachtige Dolomieten, met een overvloed aan klettersteigen of “via-ferrata” zoals we ze hier eigenlijk moeten noemen.

Op vrijdagavond 5 september stappen we in de auto en snellen richting Italië. Het is een flink stukje rijden, een aardig eind richting het Gardameer. Het laatste stuk gaat vooral over bochtige binnenweggetjes, dat kost ons toch iets meer tijd dan we gehoopt hadden. Zo arriveren we aan het eind van de ochtend in het skidorp Madonna di Campiglio. We zetten de auto bij het hotel waar we de laatste nacht nog overnachten en gaan met de bus terug naar het dorp om net aan de andere kant de lift te nemen naar een meter of 2400 hoogte. Uiteindelijk begint de wandeling daar zo’n beetje aan het begin van de middag. Omdat we lekker hoog beginnen hoeven we niet super veel te klimmen. Eerst vrij relaxt naar een rotsmassief met iets scheef lopende banden. Ergens over die banden loopt het pad dat we hebben moeten.

Richting het rotsmassief
Richting het rotsmassief…

Vanaf de instap van de via ferrata is het wel een echte belevenis. Stijle wanden omhoog en afgronden naar beneden, maar het pad is prima begaanbaar en aangelijnd voelt het ook behoorlijk save. Volop genieten dus. Af en toe wat overhangende rotsen waar we even moeten bukken en wat lastige stappen af en toe. En al met al is het toch nog een behoorlijk eindje. We moeten ook nog ergens een aardig stuk afdalen en iets verder weer omhoog. Het wordt al wel wat later dan gedacht. Nog 1 zogenaamde “bocca” over en dan kunnen we aan de andere kant afdalen naar de hut. Het is gaan betrekken en het begint zelfs wat te regenen. Dus ook nog even de regenkleding aantrekken. Nog meer oponthoud. Maar eindelijk om een uur of 7 komen we bij de Rifigio Tuckett aan. Gelukkig dat we nog wel wat te eten kunnen krijgen, want na zo’n lange dag zijn we daar zeker aan toe.

Rifugio Tuckett
Rifugio Tuckett

De volgende morgen ziet het weer er een stuk vriendelijker uit. Een heerlijk zonnetje erbij doet wonderen. Wat een prachtig uitzicht geeft dat ook. We hebben vandaag de keuze uit de uitdagende Sentiero delle Bochette Alte of de wat eenvoudigere route Sentiero Attrezzato SOSAT. Omdat gisteren toch iets tegenviel qua tijd besluiten we vandaag de wat lichtere route te nemen. Zo lopen we nog een heel eind met goed uitzicht op de hut. Zo valt pas echt op hoe mooi de hut eigenlijk ligt. We hebben niet teveel haast gemaakt vanmorgen, vertrek om een uur of 9. Zo is het een heel ontspannen wandeling deze morgen, maar met het weer en het uitzicht is het volop genieten. Tegen het eind van de ochtend komen er toch weer wat wolken tegen de berg aan plakken, zodat we af en toe even in de mist lopen. We komen hier weer op een stuk via ferrata met laddertjes, kabels, oversteken en wat er allemaal nog meer bijhoort. Lekker afwisselend. Verderop komen we een wel heel lage rots tegen waar we onderdoor moeten, er zit niet veel anders op dan op de knieën het laagste stukje te passeren. Gelukkig maar een kort stukje, want comfortabel is het zeker niet.

Kruipen onder de rots door
Kruipend onder de rots door.

Na deze passage schiet het al aardig op nog een bochtje om en we zien de volgende hut alweer liggen. Om ongeveer half drie arriveren we in de Rifugio Alimonta. Zo was deze dag een stuk ontspannender dan de vorige dag. Nog genoeg tijd om ons in de hut te vermaken met een spelletje en een lekker glaasje drinken. En daarna natuurlijk een heerlijke nacht snurken. Dat doet een mens goed.

Voor dag 3 zijn de plannen weer wat uitdagender. De wekker gaat dan ook wat eerder af vandaag. & uur aan het ontbijt en ongeveer kwart voor acht klaar voor vertrek. Weer is de lucht overwegend blauw en genieten we van de zon op de bergen en in het dal. Zelf lopen we nog in de schaduw van de berg. Eerst moeten we een flink sneeuwveld over. En omdat we nog in de schaduw lopen is het best hard. Franc en ik hebben stijgijzers mee, en die komen goed van pas. Arnoud en Maarten redden zich met stokken en een pikkel. Zo maken we ook eens gebruik van onze uitrusting. Na het sneeuwveld volgt een instap naar de via ferrata via een stijle ladder en een horizontale rotsrichel met een kabel erover gespannen. Maar als je dan bovenaan de ladder komt en over de rand heenkijkt… Wat een adembenemend uitzicht zeg. Een berglandschap met de volle zon erop en wat lager een prachtige laag wolken waar je bovenop kijkt. En dan wat naar rechts loopt het pad met een loodrechte muur ernaast omhoog en een loodrechte helling aan de andere kant naar beneden. Wow, dat is echt heftig. En gezekerd aan een staalkabel loopt het zo heerlijk en relaxed, ongelooflijk gewoon.

Adembenemend uitzicht
Een adembenemend uitzicht

Het pad loopt een heel eind langs de rots op een klein beetje op en neer. Af en toe smal met kabel, soms wat breder en zonder kabel. Wat een voorrecht om hier te mogen lopen. Ik moet af en toe wel even terugdenken aan Psalm 121. Dat is echt de psalm geworden van deze tocht: “Ik sla mijn ogen op naar de bergen, van waar komt mijn hulp? Mijn hulp komt van de HEER die hemel en aarde gemaakt heeft. Hij zal je voet niet laten wankelen, hij zal niet sluimeren, je wachter.” En dat is maar goed ook…

Het smalle pad
Langs het smalle pad

Na een tijdje moeten we een oversteek maken via een “bocca” naar de andere kant van de berg, door een smalle kloof. Hier moeten we om een paar hoge rotskolommen heen en weer wat trapjes af en op en op en af. Zo komen we tegen half 1 aan bij een hut, Rifugio Tommaso Pedrotti, waar we even een lunch nemen en wat te drinken.

Rifugio Tommaso Pedrotti
Rifugio Tommaso Pedrotti

Maar we zijn nog niet klaar voor vandaag. Na de lunch stappen we weer op voor het tweede deel van de dag. Dit gaat wat meer over gewone wandelpaden. Nog een beste wandeling met een paar honderd hoogtemeters erin. Zo komen we rond een uur of 4 aan bij de eindhalte van deze dag. De hut Rifugio Silvio Agostini. Ook hier genieten we van lekker drinken, een goede maaltijd en een heerlijke nachtrust. Bij een heldere nacht kunnen we zelfs nog de volle maan bewonderen.

Uitzicht vanaf Rifugio Silvio Agostini
Uitzicht vanaf Rifugio Silvio Agostini

Alweer lacht de gouden morgenzon ons vrolijk tegemoet, wat een schoonheid geeft dat. We hebben nog prachtige plannen voor vandaag. We wilden nog een mooie via ferrata doen en dan een oversteek via een gletsjer naar de Rifugio Brentei en daarvandaan naar beneden het dal in. Maar het lijkt ons toch te gevaarlijk over de gletsjer, omdat we ook niet allemaal stijgijzers bij ons hebben. Dat betekent dat we vandaag een groot deel van de wandeling van gisteren in tegengestelde richting lopen. Zo kunnen we van de andere kant naar de Rifugio Brentei en daarvandaan alsnog naar het dal. ’s Morgens zien we een taaie Berlijnse man van 70 wel richting de gletsjer vertrekken. Die durft het blijkbaar wel aan. Wij vertrekken ook en genieten alsnog van de wandeling en het mooie weer. We komen nog een heel aantal gemzen tegen. En ander natuurschoon, veel kleurige bloemen bijvoorbeeld. We komen nog langs een kapelletje vlakbij de Rifugio Brentei. We zijn al een aardig eind gedaald en voelen onze benen inmiddels al flink. Bij de hut bestellen we een lekker kommetje soep om nog wat energie op te doen voor de laatste etappe. Inmiddels komt de Berlijnse man er ook al aan. Hij doet op zijn leeftijd met gemak een langere moeilijkere tocht in bijna dezelfde tijd als wij. Nou ja, hij zal al wel zijn hele leven in de bergen wandelen. Oh, ook dat niet. Het blijkt na een gesprekje met hem dat hij nog maar een jaar of 10 geleden is begonnen met wandelen, daarvoor tenniste hij altijd, maar dat lukte niet meer zo goed. Dan maar bergklimmen, dat is een stuk makkelijker blijkbaar…

Kappeletje bij de Rifugio del Brentei
Kappeletje bij de Rifugio Brentei

Affijn vol goede moed gaan we aan het vervolg van de afdaling beginnen. Eerst nog een mooi pad met veel uitzicht, dan door een tunneltje en even later naderen we de boomgrens. Hier proberen we maar zo snel mogelijk beneden te komen, er lijkt regen aan te komen. Dus met gezwinde spoed door het bos naar beneden. Goed uitkijken dat we niet uitglijden, het is op sommige plekken wel glibberig. Maar goed we zijn er bijna. Helaas net niet op tijd. De regen komt met bakken uit de lucht. En zo komen we als verzopen katten aan bij het hotel. Gelukkig kunnen we hier een lekkere douche nemen en droge kleren aantrekken. Het is trouwens best een heel leuk hotel. Gloednieuw en een moderne bouwstijl. Nog niet echt heel veel sfeer en bovendien waren er verder weinig gasten, maar wij hebben genoten van onze mooie kamer met uitzicht.

Hotel Vallesinella
Hotel Vallesinella

En zo kwam weer een fantastische tocht tot zijn eind. Bedankt mannen!

Huttentocht 2013 – Tannheimer tal – Oostenrijk

In 2013 kiezen we ervoor om al vroeg in het seizoen te gaan. Juni lijkt ons wel een mooie maand. Dan komt de natuur net mooi op gang en bovendien is het nog niet erg druk. In de agenda komen we wat vroeg uit in de maand en dan blijkt de keuze voor hutten die open zijn niet al te groot. We komen uiteindelijk uit in Oostenrijk, net over de grens. Daar is een hut open in een mooi gebied en er is ook nog een klettersteig recht tegenover die we eventueel zouden kunnen uitproberen

Hier kan de auto wel een paar dagen staan.

Zo gaan we dinsdagavond 4 juni 2013 onderweg richting Oostenrijk. We komen mooi op tijd aan in het dorpje, we moeten even wachten tot de winkel open gaat. We bereiden ons vast een beetje voor. Zonnebrand op, ontbijtdrankje uitproberen en genieten van de zon en de prachtige omgeving. En dan gaat de winkel open. Snel de nodige boodschappen opzoeken en inpakken. En dan gaan we naar het volgende dorpje, want daar start ons avontuur. We vinden een goede plek om de auto een paar dagen te laten staan. Oeps waar halen we hier eigenlijk water vandaan voor onderweg. Misschien hebben ze ergens een kraan. Maar helaas, dan maar in het winkeltje vragen. Daar kunnen we wel water krijgen, moeten we het wel kopen, grrr. Nou ja,een paar flessen kopen dan maar, het mag de pret niet drukken.

Al keuvelend naar boven

Hoogste tijd om te vertrekken. We lopen het dorp uit en dan gelijk een bospad op. Een bruggetje over boven een woeste beek en dan komen we op een grindpad terecht die we een heel eind volgen de hoogte in. Het loopt prima zo, alle tijd om over van alles en nog wat te praten. Straks wordt het pad smaller, dan lukt dat praten niet meer zo. Maar dat duurt nog even, want de weg loopt een flink eind door.

De weg bedekt met sneeuw

Als we wat hoger komen zien we duidelijk hoeveel sneeuw er nog ligt. We kunnen ons voorbereiden op flinke stukken door de sneeuw lopen. Het is te hopen dat de doorgang veilig te passeren is. Volgens de informatie die we ingewonnen hebben, moet het prima kunnen, maar je weet maar nooit wat je tegenkomt. Op een gegeven moment is het grootste deel van de weg bedekt met sneeuw en is er een klein pad nog zichtbaar, daar is de sneeuw al weggesmolten. En niet veel later is de weg helemaal onder de sneeuw. Bovendien gaat de weg hier ergens ook over in een pad. Tenminste volgens de kaart, want zo onder de sneeuw hebben we dat zelf niet zo in de gaten.

Waar moeten we heen?

Wat we wel merken is dat we veel steilere stukken tegenkomen nu. Stevige klimmetjes en grotendeels bedekt met een dikke sneeuwlaag. We zien verderop een stel wandelaars ons tegemoetkomen. Dat geeft ons in ieder geval het idee dat we de juiste richting ingaan. Even later zien we dat de man die ons tegemoet komt tot ongeveer zijn heup in de sneeuw is gezakt op. We lopen naar ze toe om een handje te helpen met weer uit de sneeuw te komen. Maarten is er het eerste bij, maar het is ze inmiddels zelf gelukt om weer los te komen en verder te kunnen. Als ze buiten gehoorafstand zijn maken we de onvermijdelijke grap dat het geen wonder is dat je met zo’n gewicht zo diep de sneeuw inzakt. We verbazen ons erover dat hij met dat gewicht überhaupt helemaal naar boven kon komen. Wat dat betreft: petje af. Maar goed wij gaan zelf inmiddels ook weer onverschrokken verder. We komen nog langs een stuk waar overduidelijk de sneeuw aan het rollen is geweest. We moeten over de overblijfselen van een mini-lawine. Toch even spannend of de sneeuw niet opnieuw aan het rollen gaat als we eroverheen lopen. Maar gelukkig, dat valt alles mee. Uiteindelijk zijn we bijna op de kam. Met een kleine omweg kunnen we nog een topje meenemen. Dat besluiten we maar te doen. Hoewel we weer wat hoger zijn is het hier veel groener dan net op de helling. Waarschijnlijk heeft de zon hier zijn werk gedaan en is de meeste sneeuw hier al weggesmolten.

Zicht op de hut vanaf het topje

Op de top genieten we van het uitzicht. Op de hut beneden ons. En ook over de Vilsalpsee die we hier vandaan ook gedeeltelijk kunnen zien liggen. En van heel wat rijen bergtoppen die we verder nog zien. Na een korte rustpauze vervolgen we onze weg. We hebben nog een behoorlijke afdaling te gaan van hier naar de hut. Niet super steil, maar toch lastig genoeg door de sneeuw die ook hier in ruime mate ligt, maar net niet dik genoeg is om er onbekommerd door naar beneden te rennen. Zo bereiken we ergens halverwege de middag de hut.

Vertrek vanuit de hut

Na een prima nachtrust en behoorlijk ontbijt gaan we weer op weg voor een rondje over de bergtop vlak voor de hut. We lopen eerst weer in de richting waar we de vorige dag vandaan zijn gekomen en gaan dan al gauw wat meer naar rechts. Zo komen we aan de achterkant van de berg uit en kunnen we vandaar omhoog naar de top. Er liep ook een klettersteig bijna recht omhoog naar de top, maar gezien de vele sneeuw leek het ons verstandiger toch maar de normaal-route te nemen. Deze was uitdagend genoeg bleek al snel.We moeten recht tegen een behoorlijk steile sneeuwhelling op. Met onze schoenen schoppen we een soort treden in de sneeuw en zo hebben we voldoende grip om de helling als een soort trap te beklimmen.

Recht tegen de sneeuwhelling op

Zo bereiken we na een paar uurtjes de top en genieten we weer volop van het uitzicht. We kijken recht op de hut en kunnen vanaf hier 3 meertjes achter elkaar zien liggen. Ze liggen op heel verschillende hoogtes, maar vanaf hier valt dat niet zo op. Het blijkt alleen wel duidelijk aan het ijs op het eerste meertje en niet op de andere 2. 

De drie meren

De afdaling vanaf de top de andere kant langs weer terug naar de hut, begint met een lastig stukje. Het is steil en het pad is moeilijk te vinden zo moeten we verschillende gladde sneeuwvelden over, maar ook een paar bijna net zo gladde groen stukken. Peter glijdt een paar keer enkele meters door op zijn gat. Gelukkig komen we niet veel later op een duidelijker en breder pad die goed begaanbaar is. Dat is maar goed ook, want Peter heeft flink de bibbers in de benen. We komen nu bij een kam aan de rand van de kom waaraan de hut ligt. Deze helling ligt weer helemaal vol met een dikke laag sneeuw. Maar hier weten we wel raad mee. Hier kun je prima in volle vaart naar beneden stormen. We maken voor de zekerheid wel een zigzag beweging, zodat we niet helemaal als een dolle doorschieten, want er loopt ook nog een beek in het laagste deel van de kom. Daar willen we toch liever niet inzakken. Zo zijn we in no-time weer terug bij de hut. Tijd voor een soepje en dan nog een hele middag over.

In volle vaart naar beneden

We hebben nog ruim voldoende tijd om toch even een stukje klettersteig te gaan uitproberen. We gaan met z’n drieën. Peter houd ons vanaf het terras goed in de gaten. Onderaan de klettersteig is er ook een heel kort proefstukje. We leven ons even uit op verschillende moeilijke stukjes. Maarten pakt het lastigste stuk. Een meter of 4 recht omhoog met de voetzolen plat tegen de rots en verder vooral aan de kabel achterover leunen voor meer grip. Hebben we tenminste ons setje niet voor niets meegenomen. Als we uitgespeeld zijn lopen we weer door de sneeuw terug naar de hut om het gezelschap van Peter weer op te zoeken.

Even oefenen

Na weer een goede nacht en idem ontbijtje is het alweer tijd om vandaag het dal terug in te gaan. We hebben nog genoeg tijd, dus voordat we naar beneden gaan willen we ook nog even een andere top beklimmen. We doen dat weer met z’n drieën. Nog best een flinke klim, maar we doen het toch heel snel. En dan terug naar de hut gaat helemaal op topsnelheid. Opnieuw in volle vaart van de sneeuwhelling naar beneden. Het gaat nog sneller dan gisteren. We krijgen echt de smaak te pakken.

Op de top van de Rote Spitze

Bij de hut pikken we Peter weer op en gaan we echt aan de afdaling naar het dal beginnen. Het eerste stuk is lastig en steil. Met behulp van wat kettingen die aangebracht zijn lukt het zonder kleerscheuren. En hierna gaat het een stuk makkelijker. We komen eerst langs de Traualpsee en een tijd later bij de Vilsalpsee. Hier is heel goed te zien dat het echt lente is. De weiden aan het meer zijn helemaal geel van de bloemen. We komen op ongeveer een kwart van het meer uit. Maar omdat het pad door lawines verspert is moeten we 3 kwart van het meer rondlopen in plaats van 1 kwart. Maar het is prachtig en vlak, dus het is geen straf. We komen dan bij een restaurant uit aan de oever van het meer. We nemen hier een verrukkelijke lunch met vers brood – in tegenstelling tot in de hut – en heerlijke gebakken eieren. 

De Vilsalpsee met gele weiden

Bij het restaurant vandaan loopt een weg, hier rijd een soort treintje naar het dorp. Helaas hebben we niet goed op de dienstregeling gekeken en als wij verder willen duurt het nog een uur voordat het volgende treintje gaat. We gaan toch maar gewoon lopen in dit geval. En zo komen we na toch weer bijna 2 uur lopen aan in het dorp. We zoeken hier een hotel voor de laatste overnachting. En dan natuurlijk het leukste deel van de tocht. Nog even ruim 5 kilometer lopen om de auto weer op te halen in het dorp verderop. Franc en ik zijn weer de pineut. Maar geen probleem, als je wilt wandelen dan zul je wandelen.

Huttentocht 2012 – Lechtaler alpen

Dit jaar gaan we op weg naar de Lechtaler alpen. We hebben gekozen voor de westkant van Oostenrijk om minder ver te hoeven rijden. We zitten dit jaar met een lichtelijk tekort aan vrije dagen dus rijden we deze keer toch weer ’s nachts. Peter is niet mee dit jaar en ook Maarten heeft moeten afhaken. Uiteindelijk zijn we met z’n drieën op pad. Met de auto van Arnoud, een mooie zwarte Touran: ruimte zat!

We zijn vroeg in de buurt van ons startpunt, we hebben dus nog een goed uurtje om even te dutten. Dan kunnen we nog even wat inkopen doen voor de tocht en dan naar het startpunt rijden, het plaatsje Boden middenin de Lechtaler Alpen. Het weer ziet er fantastisch uit en vol goede moed gaan we op pad.

En daar gaan we…

Het eerste stuk geeft ons de kans om lekker in te lopen. Een brede grindweg die niet al te steil omhoog gaat. We zijn als eerste op weg naar de Hannauer hütte als tussenstop om daarna door te lopen naar de Steinseehütte. Het tweede stuk naar de Hannauer hütte is een stuk pittiger. Het pad wordt smaller en behoorlijk steil ineens. Stevig hijgend en zwetend komen we langzaam maar zeker dichterbij. En net na 10:00 uur zijn we bij de hut. Mooie tijd om een flink glas cola achterover te slaan. Dan hebben we weer wat nieuwe energie voor de rest van de tocht. Want we hebben nog een flink eind voor de boeg.

De Hannauer hütte, bovenaan een steile helling.

Na de Hannauer hütte lopen we voornamelijk boven de boomgrens. Afwisselend groene alpenweiden en grijze gruishellingen. We nemen nog even een rustpauze en een mooi moment voor de welbekende groepsfoto. En deze keer voor het eerst: de petit jolie badeend. Overal waar die komt moet die op de foto. 

Even poseren voor de groepsfoto

Hierna wordt het echt even afzien. We gaan een lang stuk over een gruishelling steil omhoog. De zon staat vol op ons hoofd en de temperatuur loopt aardig op. Zo op zo’n eerste dag kost dat echt wel wat inspanning. Maar de inspanningen worden beloond. We komen uit op de Östliche Dremelscharte en kijken uit op de Steinsee. 

Steile klim naar de Östliche Dremelscharte

Vervolgens moeten we aan deze kant weer net zo steil naar beneden. Mijn benen willen niet meer helemaal wat ik wil. Bij elke stap heb ik het gevoel dat de kramp er zo in kan schieten. Dat loopt niet heel fijn naar beneden als het zo steil is en ook nog eens een lastige ondergrond: een klein laagje grind op een harde ondergrond. Dus af en toe ga ik een stukje op mijn kont naar beneden. Maar na een minuut of 10 loopt het weer een stuk beter. Iets minder steil en meer grip op het pad. En zo bereiken we de Steinseehütte halverwege de middag. Tijd om te genieten op het terras van een welverdiende Weizenbier! 

Uitzicht op de Steinsee

En zoals alle keren dat we een eind gelopen hebben na een nacht rijden, smullen we van een goede bergsteigersmaaltijd en zijn we blij dat we om 8 uur naar bed mogen. Flink afgepeigerd vallen we al snel in slaap

De volgende morgen doen we het vrij rustig aan. Het ontbijt nemen we niet al te vroeg. We willen een klettersteig doen hier in de buurt en denken daar niet al te lang voor nodig te hebben. We komen dan weer terug in dezelfde hut. Lekker weinig bepakking mee en toch een mooie dag, wat wil je nog meer.

Op weg naar de klettersteig

Ook vandaag genieten we weer volop van de zon en de strakblauwe lucht. De temperatuur is nog niet zo hoog deze ochtend, heerlijk weer om te lopen. We lopen eerst over een gewoon pad naar achter in de kom. Daar is de instap van de klettersteig. Het lijkt niet zo’n eind, maar uiteindelijk blijkt het toch een hele klim. We zijn niet de enige die deze kant opgaan. We zien een man met ontbloot bovenlijf gewapend met een grote bos touw en een vrouw stevig doorstappen. De man is zeker 75 en de vrouw zal niet veel jonger zijn. Maar we kunnen ze met geen mogelijkheid bijhouden.

Mooie klettersteig

Aan het begin van de klettersteig heeft Franc last van bibberbenen. Dus eerst maar eens even zitten en een gelletje nemen voor wat extra energie. Na een kwartiertje gaat het beter en besluiten we de beklimming via de klettersteig toch te wagen. En daar hebben we zeker geen spijt van. Het is een prachtige klettersteig met fantastische uitzichten. En dat onder een nagenoeg wolkenloze hemel, beter kun je het niet krijgen. Zo bereiken we de top en zijn we helemaal euforisch. ‘Wat een God hebben wij!’ Op de top verderop op nagenoeg dezelfde hoogte zien we inmiddels opa en oma zitten. Wat wij met ons klettersteigsetje gedaan hebben hebben zij voor elkaar gekregen met eigen touw en hun handen en voeten. Oef, klein deukje in ons ego. We filosoferen over hoeveel tijd het zou kosten om bij ons vandaan naar beneden te gaan en dan die top nog te beklimmen. Zeker 2 uur. 

Op de top

Als we aan de achterkant van de top naar beneden gaan zijn we vrij snel op een gruishelling. En na een klein kwartiertje lopen komen we ineens oma tegen die met gezwinde spoed naar beneden stapt. Heel ontspannen, maar een stuk sneller dan wij. We moeten even verder nog een steile schacht door en kunnen daarna zonder veel problemen weer terug naar de hut wandelen. Het blijft genieten zo’n klettersteig tochtje.

Steinseehütte

Zo zijn we weer lekker op tijd terug in de hut. We genieten de rest van de middag van het terras, de zon het bier en van de andere gasten die langskomen bij de hut. Zo verschijnt er een jager met een metgezel. Ze hebben een flinke gems geschoten. Die is waarschijnlijk wat te zwaar om naar beneden te sjouwen, daarom leggen ze de hele boel maar op de bagagelift: gems, geweer en rugzak. En ze laten de hele boel zo naar beneden transporteren. Vanavond dus geen gemsenboutje voor ons, maar weer gewoon een lekkere wiener schnitzel.

Uitzicht uit het raam

Maandagochtend staan we wat vroeger op. De wandeling vandaag is wat langer. We gaan om een aantal bergen heen terug naar de Hannauer Hütte. In afstand een stuk langer dan de heenweg naar de Steinseehütte. In hoogtemeters zal het niet veel uitmaken. Dus na een wat vroeger ontbijt stappen we volledig bepakt weer op. Het is iets bewolkter geworden, maar nog steeds prima weer om te wandelen.

Een van de kammetjes

Het wordt een afwisselende tocht waarbij we verschillende kammetjes passeren en zo steeds verschillende uitzichten hebben. Het is ook een dag met veel verschillende dieren. We zien: gemsen, steenbokken, marmotten, salamanders. Gaaf is dat om die hier zo tegen te komen. Het is duidelijk dat dit deel minder wandelaars trekt dan de andere routes in de buurt. Aan rust en ruimte geen gebrek.

We passeren nog een waterval en een meertje. En na het beklimmen van het laatste kammetje van de dag zien we de Hannauer Hütte liggen onder ons. Nog een leuk stukje afdalen en we beginnen onze benen inmiddels wel te voelen. Toch zijn we nog redelijk op tijd, een uurtje of half drie. Er is slecht weer voorspelt voor later vandaag. We besluiten om een soepje te eten en door te lopen naar het dorp beneden. Dan zijn we hopelijk droog over en kunnen we morgen op tijd vertrekken voor de reis naar huis.

Lekker soepje

Na de soep zijn we weer mans genoeg voor het laatste stuk. Eerst weer het steile gedeelte en daarna nog een flink stuk grindweg. Niet het meest inspirerende deel van de wandeling, maar toch genoeg om net nog even extra af te zien. In het dorp vinden we nog een oud pensionnetje. Niet overdreven romantisch en gezellig, maar je kunt er prima slapen en eten. En we zijn precies op tijd. Als we nog even lekker op het balkon zitten, breekt de onweersbui los. Een paar flinke knallen en een behoorlijke plensbui. Ook indrukwekkend, maar we zijn blij dat we het van onder het afdak kunnen bewonderen en niet al wandelend er middenin.

Zo eindigt alweer een heerlijke wandeltocht. Ook hier kijken we met goede herinneringen op terug. Een kleiner clubje. Maar het was zeker de moeite waard. Tot volgend jaar…

Huttentocht 2011 – Dachstein Gruppe – Oostenrijk

Het is voorjaar 2011. We zijn plannen aan het maken voor de komende tocht. Onze keuze valt weer op september als maand waarin het moet gebeuren. Deze periode bevalt ons tot nu toe heel goed. Voor de tocht zelf zijn we op zoek naar mooie klettersteigen met een beetje extra uitdaging. We komen al gauw uit bij het gebied rond de Dachstein in Oostenrijk. Dit is echt een walhalla voor de klettersteig-liefhebbers. Ze zijn hier in vele lengtes en moeilijkheidsgradaties. Keuze genoeg. Bovendien is er een grote gletsjer die goed over te steken is zonder gids. In het wandelseizoen is het begaanbare pad altijd goed uitgezet. Zo stippelen we een route uit met vrij veel klettersteig meters waarbij we in het Guttenberghaus en de Seethalerhütte willen overnachten. Voor de Seethalerhütte moeten we een aardig stuk over de gletsjer lopen. Het ziet er spectaculair en uitdagend uit, we hebben er zin in!

Op donderdagochtend 15 september stappen we in de auto. We zijn met z’n vieren deze keer. Peter is er weer bij, maar Arnoud heeft deze keer moeten passen. We hebben de beschikking over een gloednieuwe Skoda Octavia, voor 4 personen ruim genoeg. En de bagage past makkelijk achterin.

Met een gloednieuwe Skoda Octavia

We rijden, net als vorig jaar, overdag dan hebben we eerst een overnachting in het dal en kunnen we daarna uitgerust van start gaan. We komen aan het eind van de middag bij ons pension. Het is een pension met ontbijt, voor het avondeten moeten we nog naar het dorp. We drinken eerst een bakje koffie en brengen onze spullen naar de kamers. Daarna naar de pizzeria in het dorp voor een lekkere maaltijd en goed drinken. De stemming zit er alvast in!

Eten bij de pizzeria in het dorp

We genieten van een heerlijke nachtrust op prima bedden en een prima ontbijt, met heerlijke verse semmeln. Het heeft toch zo zijn voordelen zo’n overnachting in het dal. Vervolgens maken we ons klaar voor de tocht. We stappen nog even in de auto. We gaan nog even wat inkopen doen in de Bila, daarna naar de sportwinkel om stijgijzers te huren – de gletsjer oversteken lijkt ons een stuk veiliger met stijgijzers – en uiteindelijk naar de parkeerplaats waar de wandeling start.

Start vanaf de parkeerplaats

En daar gaan we dan. De bewolking hangt behoorlijk laag, dus heel veel van de bergen om ons heen zien we niet. Het is afwachten wat het wordt vandaag. We lopen eerst over een behoorlijk brede bosweg. Later wordt het iets smaller maar nog steeds ruimte zat en prima begaanbaar. Op sommige stukken stijgen we stevig, dus het zweet komt snel tevoorschijn. We komen steeds dichter bij de mist en op een gegeven moment lopen we er zo in. Maar niet veel later wordt het dunner. En snel daarna komen we er helemaal bovenuit.

Boven de mist

Het is gelijk een hele andere wereld.De zon schijnt hier heerlijk. Je ziet de bergen om je heen. Een mooie strakblauwe lucht. En een prachtig uitzicht. Heerlijk is het ineens. En hoe hoger we komen hoe mooier het wordt. We kijken nu bovenop een dikke wolkendeken die het hele dal afdekt. Wat een bijzonder gezicht. We komen zo langzamerhand ook boven de boomgrens uit. En al snel zien we de hut liggen. Ieder loopt in zijn eigen tempo verder naar de hut. En redelijk bezweet maar mooi op tijd zijn we er allemaal. 

De hut ligt er mooi bij, lekker in de zon

Tijd voor een lekkere berglunch, even uitblazen, genieten van het uitzicht. Wat is het leven toch mooi in de bergen! We brengen onze spullen naar de kamer en besluiten om deze middag alvast een klettersteig te nemen om vast in te komen. Er is hier een mooie redelijk nieuwe klettersteig in de buurt: de Jubiläums-Klettersteig naar de Eselstein. Moeilijkheidsgraad C/D en een stukje D. Kunnen we gelijk even kijken welk niveau we aankunnen. Met onze uitrusting aan en zonder rugzak gaan we op pad. Loopt wel lekker licht zo zonder bepakking.

Instap van de klettersteig

Op een klein half uur van de hut vinden we de instap van de klettersteig. Het begint met een wat losse rotsige helling en daarna gaat het gelijk al vrij steil omhoog. Een stukje verder komen we op een smalle graad waar even geen zekering is. Best even uitkijken hier. Maar we zijn er nog niet. Er volgt een wat makkelijker stukje, maar daarna moeten we een vlakke steile rotsplaat schuin oversteken. Franc begint als eerste, maar er is weinig steun voor de voeten. Zijn voeten glijden weg en zo schuift hij aan zijn handen langs de kabel een stuk terug. Niet erg lekker voor zijn handen, die liggen even aardig open. Maar goed we moeten er toch over dus na een beetje kijken en uitproberen hebben we een techniek bedacht die zou moeten werken. Met je voetzolen plat tegen de rots en met gestrekte armen aan de kabel achterover leunen. En zo stapje voor stapje je voeten opzij schuifelen. En ja zo lukt het ons allemaal om over te steken. 

Steile stukken van de klettersteig

Een stukje verderop horen we ineens Peter achter ons: “Jongens, jongens, help eens even ik houdt het niet”. Hij is bij een steil stuk waar je behoorlijk je armen moet gebruiken om je een stuk omhoog te trekken. De stappen waar je je voeten neer kunt zetten liggen behoorlijk ver uit elkaar. Dus zeker met wat kortere benen is dit een lastig stuk. Maar goed Peter houdt het niet en moet zich laten zakken. Zo treffen we hem aan bungelend aan zijn klettersteigset. Hebben we die toch niet voor niets meegenomen in ieder geval. Maarten haalt bij Franc verderop zijn klettersteigsetje en zo weten we met vereende kracht Peter over de rots te sjorren. En uiteindelijk komen we samen, met nog een beetje trillende benen, op de top aan. We genieten hier wel van een fantastisch uitzicht en gaan wel vrij snel weer door, want al met al heeft het ons wel wat meer tijd gekost dan gepland.

… een adembenemend uitzicht.

We lopen achterlangs hoofdzakelijk over een grote gruishelling weer terug naar de hut. Deze ligt er prachtig bij zo in de avondzon. We zijn nog mooi op tijd voor het avondeten, dus we kunnen gelijk aanschuiven. Het was genieten vandaag en we hebben weer wat nieuws geleerd: “Moeilijkheidsgraad D is misschien net wat te hoog gegrepen voor ons.”

Het Guttenberghaus in de avondzon

De volgende morgen besluiten we tijdens het ontbijt om vandaag toch maar niet via de Ramsauer-Klettersteig naar de volgende hut te gaan. Peter heeft de schrik nog in zijn benen dus ziet het niet zo zitten. En ook Franc lijkt het niet zo’n fijn vooruitzicht om de hele dag met zijn kapotte handen de kabel te moeten vasthouden. Dus we kiezen voor de route langs de andere kant, dat is een wandelpad die volgens de kaart vrij vlak loopt. Volgens de waard moeten we alleen uitkijken als het mistig is dan is het moeilijk oriënteren in het landschap.

Surrealistisch maanlandschap.

Zo laden we de spullen op ons rug en gaan we vol goede moed op pad. Het is een bijzonder landschap waar we door lopen. En het blijkt toch iets minder vlak dan de kaart deed vermoeden. Het gaat de hele tijd omhoog en weer omlaag. Zo zijn we toch nog nest lang onderweg voordat we in de buurt van de gletsjer komen. Maar uiteindelijk komt hij dan toch in zicht. We zijn inmiddels onderweg gebeld door de hut waar we naar op weg zijn. Er wordt komende dagen slecht weer verwacht met veel sneeuw, daarom gaat de hut al sluiten en kunnen we vandaag niet meer terecht. Zo moeten we onze plannen omgooien en besluiten we vandaag vast met de lift naar beneden te gaan en vanaf het dalstation naar de Austriahütte te lopen, die ligt op 1634 meter.

… richting de gletscher

We bereiken de gletsjer en gaan nog via een klein stukje klettersteig rechts naast de gletsjer omhoog. Als we boven zijn doen we onze stijgijzers onder om de gletsjer over te steken. Het is niet echt nodig want er is een heel breed pad aangelegd op de gletsjer dat voldoende grip geeft zonder stijgijzers. Maar nu we toch stijgijzers bij ons hebben willen we ze ook even uitproberen. Toch weer een nieuwe ervaring. En over een gletsjer lopen is inderdaad best een leuke belevenis. Alles is netjes uitgezet, de echte gletsjerspleten zijn duidelijk aangegeven.

Met stijgijzers de gletsjer over

We lopen er nog een half uurtje rond. Dan gaan we naar het bergstation. Het is net alsof je op het vliegveld aankomt. Je kunt over de rolband naar boven, scheelt toch weer lopen hè. Er blijkt ook een “sky-walk” te zijn. Een soort balkon met glazen vloer boven een enorm steile en diepe afgrond. Op een gegeven moment loopt er verderop iemand naar de reling en stapt er zo overeen. Een vrouw die het ziet schrikt zich wild en roept bijna in paniek: “Nein!!”. Blijkt daar precies een klettersteig naar boven te komen, waar deze man over naar beneden wilde. Zo zie je, niet alles is wat het lijkt.

Met de kabelbaan naar beneden

Zo met de kabelbaan naar beneden scheelt toch weer heel wat meters afdalen. Na een lange dag als vandaag is dat helemaal geen straf. Vanaf het dalstation lopen we nog een klein half uurtje en zijn we bij de Austriahütte. Best een heel gezellige hut. Het is er absoluut niet druk. We hebben nog tijd om even een douche te pakken voor het eten. In eerste instantie lijkt het wat te betrekken, maar later schijnt de zon toch weer heerlijk op het terras. Het is warm genoeg om buiten te eten, dus daar genieten we lekker van. Deze keer eten we weer käsespätzle uit een pan. Wel krijgen we ieder een eigen pan, dus hoeven we niet met 2 uit 1 pan te eten. Ja als je wat lager bent, wordt alles wat luxer natuurlijk.

Eten uit de pan

Op de laatste dag hebben we een relatief korte afdaling naar het dal. Nog wel een paar uur lopen, vooral door het bos. Daar zien we nog een prachtige bonte specht die onverstoorbaar blijft kloppen op een boom als we staan te kijken. Verderop lopen we nog een stuk langs de bosrand over een pad door de wei. En hier en daar net een stukje tussen de bebouwing door. Zo bereiken we de parkeerplaats en maken we ons klaar voor de terugreis naar huis. We zitten precies op tijd in de auto, de bui barst net los nadat we de deur dichttrekken. We rijden nog langs de sportwinkel om de stijgijzers weer in te leveren. Nog even chocolade inkopen en dan hup… op huis aan. Tot voorbij München is het een grote plensbui. Wat zijn wij blij dat we bijtijds zijn gaan lopen vanochtend, met dit weer wil je toch liever niet wandelen. En zo komt ook deze enerverende tocht weer tot een einde. 

Huttentocht 2010 – Lienzer hütte, Oostenrijk

Voor 2010 maken we nieuwe plannen. De klettersteig in Italië smaakte naar meer. Dat willen we wel vaker. Dus koop ik een boek met alle mooie klettersteigen van Oostenrijk. Genoeg om uit te kiezen in ieder geval. Laten we maar bij een makkelijke beginnen dan kijken we hoe dat bevalt. Iedereen moet nu natuurlijk wel een klettersteigsetje aanschaffen en een helm, dat hoort er helemaal bij. Na wat wikken en wegen, zoeken en graven besluiten we om een klettersteig op te nemen in de planning naar de Glödis. Of liever we plannen een tocht rond deze klettersteig. Het zou redelijk makkelijk moeten zijn, en goed te bereiken vanaf de Lienzer hütte. De hut zelf is met een uur lopen te bereiken vanaf een parkeerplaats. Ja, want er was nog iets, dat rijden ’s nachts dat breekt toch altijd wel op. Vooral Peter houd daar niet zo van. Dus laten we overdag rijden en dan, met nog een klein stukje wandelen, gelijk overnachten in een hut.

Zo gezegd, zo gedaan. Op dinsdagochtend 7 september 2010 stappen we in de auto. Met z’n vieren deze keer, Peter moest helaas afhaken. Na een tochtje van ongeveer 1000 km zijn we in Lienz rond een uur of 6. Mooi op tijd om nog een laatste hap te pakken in de lokale Mc Donalds. En dan het laatste stukje naar de parkeerplaats redelijk dicht bij de hut. Op de kaart is het maar een klein stukje, maar toch kost het ons nog wel even. Diep het Debanttal in over een onverharde weg vol kuilen en stenen, het gaat nog niet zo snel. Maar ruim voor het donker komen we aan op de parkeerplaats. Dus tijd om ons klaar te maken voor de wandeling. Het is bewolkt, maar en het miezert iets. De helft van ons trekt de regenkleding vast aan, de ander helft gokt het erop. En zo gaan we op pad. Vol goede moed en met de rugtassen nog net iets voller dan vorige keer.

Bijna bij de hut

Het begint al te schemeren en het gaat nog harder regenen bovendien. De rest toch ook maar de regenkleren aan, en weer door. En ja hoor daar zien we de Lienzer hütte al liggen. Het ziet er gezellig uit. En dat blijkt, als we aankomen is het behoorlijk druk in de hut. En het heeft al eerder geregend vandaag blijkbaar want er is geen plekje meer te vinden om de natte jassen te drogen te hangen. Overal hangt het vol met natte jassen, schoenen sokken en nog veel meer. Gelukkig zijn we wel op tijd om nog een lekker glas bier te nemen voordat we naar bed gaan.

De volgende ochtend zijn we niet als eerste op, dat scheelt er zijn al vrij veel mensen vertrokken. We nemen een lekker ontbijtje en gaan weer fris en fruitig op pad. Het weer ziet er iets vriendelijker uit dan gisteren, maar toch hangt de bewolking nog behoorlijk laag. We zien wel wat het wordt. We hebben een aardig hoogte verschil te overbruggen, van net onder de 2000 meter naar net boven de 3200 meter. Pittig! Eerst loopt het nog redelijk geleidelijk omhoog. Afwisselend almweitjes met wat meer struikgewas her en der. Langzaam wordt het wat rotsiger en wat steiler. Maar met dat we hoger komen zitten we ook heel regelmatig in de mist. Het uitzicht varieert van ongeveer 20 meter tot misschien maximaal een kilometer. Het maakt het landschap haast een beetje mysterieus. 

mysterieuze mist

Op een gegeven moment bereiken we de start van de klettersteig. We trekken onze uitrusting aan en zijn er helemaal klaar voor. Spannend deze eerste echte klettersteig. De moeilijkheidsgraad blijkt niet al te hoog inderdaad, heel goed te doen. En het gaat toch wel redelijk steil omhoog, dus een gewone wandeling kun je het zeker niet noemen. Zo klimmen we helemaal door naar de top. Toch een hele prestatie, al zeg ik het zelf. Jammer alleen van het uitzicht, of liever van het ontbreken van het uitzicht. Toch was het helemaal de moeite waard. Een beetje extra spektakel in onze tochten, dat heeft wel wat.

We blijven niet te lang op de top, we hoeven alleen onze namen nog maar in het boek te schrijven en we gaan weer terug. Helemaal dezelfde route naar de hut. Het gaat sneller dan heen gelukkig, anders waren we niet op tijd voor het eten. Zo belanden we terug in de hut voor een wel verdiende maaltijd. Het is een stuk rustiger dan gisteren. Lekker! 

Na een verkwikkende nachtrust zijn we ’s morgens klaar voor de oversteek naar de volgende hut. Het gaat vandaag naar de Adolf Nossbergerhütte, over de Niedere Gradenscharte. Ook vandaag hangt de bewolking weer laag en het is de vraag of we het draag gaan houden. Maar we zijn optimistisch dus we vertrekken vrij licht gekleed, je hebt het toch zo weer warm als je aan het lopen bent. En beneden schijnt zelfs even een heel waterig zonnetje door de bewolking heen. De klim blijkt gelijk al behoorlijk steil te zijn. Stevig aanpoten dus. En ook nu weer: hoe hoger we komen hoe mistiger het wordt. Voordat we helemaal boven zijn op de scharte begint het te sneeuwen. Niet heel hard, maar toch wel zo dat je er nat van wordt en ook dat het een beetje blijft liggen. We komen boven bij een meertje en we kunnen de verleiding zonder moeite weerstaan om er een duik in te nemen. Aan de andere kant loopt het pad over een heel bijzonder gesteente. Gelukkig is het vrij stroeve rots, als het wat kouder was geweest en de nattigheid was aangevroren dan was het een grote glijbaan geweest en onmogelijk om te overbruggen. Maar nu ging het heel aardig. We dalen weer verder af en zien 2 meertjes liggen. Precies tussen die 2 meertjes ligt de Nossbergerhütte. Een bescheiden hut op een heel aardige plek. Nog een stevig stukje doorlopen en we bereiken de hut. Nog steeds sneeuwt het af en toe. Dus met druipende (regen)kleren komen we aan. Lekker op tijd, nog tijd genoeg om even te relaxen in de hangmat-stoel voor de houtkachel.

Hoewel een redelijk kleine hut, is het toch een hut met een verhaal. De huttenwaard blijkt een fanatiek bergbeklimmer te zijn. Eens in de zoveel tijd maakt hij een expeditie naar bijvoorbeeld Nepal. Hij heeft een oefenbord boven de deuropening gemaakt waar hij om de beurten aan 1 of 2 handen kan hangen. Met grepen voor zijn vingers van mini richeltjes tot redelijke randen. En ook het eten in de hut is een belevenis. Voor het avondeten worden 2 koekepannen vol met eierspätzle mit käse op tafel gezet. Vork en lepel erbij en ga je gang maar. Dus heerlijk met 2 tegelijk uit de pan zitten peuzelen. Als dat niet echt is?  

Heerlijk uit de pan eten

De volgende ochtend staan we klaar voor het laatste deel van de tocht. Vandaag over de Hohe Gradenscharte vlak langs de Wangenitzseehütte terug naar de parkeerplaats. Het weer lijkt iets beter dan gisteren, maar nog steeds hangt de bewolking laag. We gaan eerst over een gruishelling op zoek naar het pad naar de scharte. Volgens de waard is het laatste stukje gezekerd met een touw, maar moet goed te doen zijn. Door de koude blijkt er een laagje ijs op de grotere stenen te liggen. Oppassen geblazen dus. Door het fijnere gruis en door wat sneeuwveldje komen we in de buurt van de scharte. En dan het moeilijkste stuk, met behulp van het touw omhoog klimmen. Het blijkt het meest spectaculaire stukje van de tocht te zijn. Voor de zekerheid hebben we toch ook maar even onze klettersteiguitrusting aangetrokken. Maar het lukt. We komen allemaal veilig boven. En aan de andere kant weer aan een stuk touw naar beneden. Pfoe. En zowaar met dat we boven zijn breekt de zon door en wordt ook het uitzicht ineens heel behoorlijk. Wat een prachtige wereld ineens waar we in lopen. Door een soort kommetje lopen we naar een volgende scharte, de Kreuzseeschartl. Daarvandaan hebben we prachtig zicht op de Wangenitzsee en de naastliggende hut. 

Mooi uitzicht op het meertje

Het blijkt nog een hele afdaling naar het meer, we besluiten de hut daarom maar niet aan te doen en gaan wat naar rechts waar het pad loopt het dal in naar de parkeerplaats. En zoals vaker, het laatste stuk naar beneden voelt altijd als het zwaarst. Het doel van de tocht is al bereikt en op gegeven moment heb je het wel gehad. Pijn in je voeten, pijn in je benen, maar je moet tocht nog verder. En uiteindelijk ben je er dan toch. Moe maar voldaan. Even weer omkleden en dan gelijk in de auto voor de terugreis naar huis. We hebben heen dan wel overdag gereden, terug zullen we toch grotendeels ’s nachts moeten rijden. Veilig, maar op een wat ongepast tijdstip komen we zo weer thuis. Heerlijk was het toch weer. En dat klettersteigen, dat houden we er zeker in… 

Huttentocht 2009 – Sulden, Italië (Süd-tirol)

Voor 2009 hebben we Oostenrijk weer op het oog. Maar het zou wel mooi zijn om eens wat hogere bergen te beklimmen. Dus wij bestuderen een mooi boek met goed bereikbare 3-duizenders. En we vinden een paar mooie in Tirol, Dat lijkt ons wel wat. Oh, Süd-tirol… nou ook goed toch… ? Eh, ligt dat niet in Oostenrijk? Nee, Italië. Nou ja dan gaan we maar naar Italië.

En zo komt het dat we alweer met z’n vijven vertrekken naar Italië. Nog steeds in een ietwat krappe Seat Altea. We hebben bedacht dat we maar een beetje moeten vals spelen en het eerste stuk met de stoeltjeslift omhoog gaan. Dat scheelt alvast een heel stuk. En dan kunnen we dezelfde dag al wel een topje meepikken. Zo staan we al vrij vroeg hoog in de bergen met een prachtig uitzicht op de Ortler met een heerlijk blauwe lucht en een stralende zon.

 

De eerste etappe gaat van het bergstation van de stoeltjeslift naar de Düsseldorferhütte. Een heel aardig stukje, aan het begin nog vrij geleidelijk en later wat steiler omhoog. Zo zijn we precies op tijd voor de lunch bij de hut. Heerlijk op een zonovergoten terras. Jammer wel dat er veel meer mensen op het idee waren gekomen. Het zit er behoorlijk vol. Toch genieten we met volle teugen van de smakelijke kom soep. Zo kunnen we er weer even tegen voor de rest van de dag. Toch?

We vervolgen de tocht op weg naar de Tschenglser Hochwand. Het doel van deze dag. Aangezien we daarna weer terugkomen in deze hut om te overnachten kunnen we het overgrote deel van onze spullen gewoon in de hut achter laten. Dat scheelt enorm in het gewicht. En zo loopt het een stuk makkelijker. Achter de hut lopen we een soort keteldal in. We moeten bijna helemaal naar achteren lopen om het laatste stuk steil omhoog te gaan de Tschenglser Hochwand op. We lopen door enorme morenen velden. Nog een flink stukje tippelen. Peter heeft na de lange reis en de tocht tot nu toe al veel van z’n energie verbruikt en besluit niet verder mee omhoog te gaan vandaag maar alvast langzaam terug te lopen naar de hut. Hij spaart zijn energie voor de tocht van morgen. Dan staat er ook noch een hele beklimming op de rol. Met z’n vieren vervolgen we de tocht. En ja zowaar even verderop kunnen we onze nieuw aangeschafte klettersteigsetjes uit gaan proberen. Dat wil zeggen allemaal behalve Maarten, die heeft er geen. Bij de beschrijving van de tocht stond dat een klettersteigset aan te bevelen was, maar dat het ook zonder kon. We komen bij een mooi nieuw aangelegde klettersteig het ziet er veelbelovend en spectaculair uit. Iets te spectaculair. Met setje maar met 0 ervaring op klettersteig gebied lijkt het al niet echt haalbaar, maar zonder klettersteigset is het al helemaal onmogelijk. Er blijkt gelukkig ook een oude route te zijn die een stuk beter te behappen is. Op sommige stukken wel voorzien van stukken staaldraad, maar ook zonder setje is het hier prima te doen. Zo komen we na veel klauteren en klimmen op de prachtige top. Met een prachtig uitzicht over het Venostadal.  Er komt wat donkere bewolking opzetten en het is inmiddels al 4 uur geweest dus hoogste tijd om weer terug naar de hut te gaan. We nemen een iets andere route. Iets minder klauteren en iets meer gruis. Al met al nog wel een flinke kluif na zo’n lange dag en dan nog het hele stuk terug door het keteldal. Peter zit inmiddels al heerlijk uitgerust in de hut op ons te wachten. En wat smaakt het eten toch altijd heerlijk na zo’n vermoeiende dag. En natuurlijk de niet te missen weizener!

De volgende morgen staan we weer vroeg op. Vandaag willen we ons hoogterecord breken. Het doel is de top van de Hoher Angelus op 3521 meter. Een leuk stukje klimmen, dus bijtijds op pad. Als we vertrekken is het prachtig zonnig en blauw en nog behoorlijk fris. Overal nog rijp op het gras en ijs op de beekjes. Heerlijk.

Peter grijpt zijn kans en loopt een flink eind vooruit als de rest nog wat rustig aan het genieten is en nog wat foto’s aan het maken is. Het gaat over een terrein met veel gruis afgewisseld met morenevelden. Daarna komen we bij een indrukwekkende rotshelling waar we tegenop mogen zigzaggen. Van een afstand vraag je je af hoe dat moet gaan lukken. Maar gewoon het pad volgen en het blijkt toch mogelijk te zijn. Er zijn verschillende stukken gezekerd met staalkabel, maar heel moeilijk is het niet. Wel spectaculair en prachtig. Het weer, het gesteente en de omgeving allemaal even indrukwekkend. Als we op een soort kam komen nemen we even rust en kunnen we nog eens even de berg van gisteren bestuderen, want daar hebben we hiervandaan prima zicht op.

In het vervolg komen er nog wat flinke klauterstukjes waarbij je met handen en voeten over grote rotsblokken moet zien te komen. We gaan hier een stuk vlak langs een groot sneeuwveld. En zo bereiken we vroeg in de middag de top. Wauw, wat een belevenis weer. Genieten!

Op de terugweg snijden we een stuk af, door recht over het grote sneeuwveld te lopen. Het scheelt veel klauteren en loopt heerlijk. De helling is niet te stijl en is prima begaanbaar. En verderop nemen we dan weer dezelfde route als de heenweg. Zo komen we begin van de tweede helft van de middag weer bij de hut. Mooi op tijd om nog lekker van de zon te genieten op het terras met een kaas/vlees-plankje en een heerlijk glas bier.

Zo is het na weer een nacht in dezelfde hut weer tijd om huiswaarts te gaan. Vandaag alleen afdaling naar het dal op het programma. Omdat we er de hele dag de tijd voor hebben lopen we het hele stuk maar. En nemen we niet de kabelbaan zoals op de heenweg. Zo dalen we weer onder de boomgrens en genieten we nog wat van weer een andere kant van de bergwereld door het gras en door de bossen. En we zijn mooi op tijd weer bij de auto. We besluiten maar direct op huis aan te gaan. Dus allemaal weer in de auto en … hup op weg.

 

Huttentocht 2008 – Kiental, Zwitserland

Voor dit jaar staat een keer Zwitserland op het verlanglijstje. Ietsje dichterbij en prachtige hoge bergen. Dat lijkt ons een hele mooie combinatie. Zo komen we uit bij de bergen in de buurt van Kandersteg. Goed bereikbaar en bijzonder mooi. De plannen zijn gemaakt, klaar om te gaan. Weer met z’n vijven net als het vorige jaar.

’s Ochtends komen we aan in Kiental. Eerst zwitserse franken tappen, nog een kopje koffie drinken en wat boodschappen doen en dan naar de start van onze tocht rijden. Dat is op de Griesalp, nog een stukje doorrijden over een hele steile weg (28%). Het is een heel klein bergdorpje  op ongeveer 1450 m. Hier zetten we de auto neer en kunnen we alvast genieten van een doorkijkje op de prachtige bergen.

Wandelkleren aan, tassen goed inpakken, waterzakken vullen en we zijn klaar voor vertrek. We lopen snel het bos in over een heel goed begaanbaar en makkelijk te vinden wandelpad. Het loopt heerlijk in de stralende ochtendzon. Het is nog niet al te warm, prima temperatuur om te lopen. Verderop komen we boven de boomgrens en lopen we door ruime alpenweiden. We komen nog langs een alm, hier lopen we een stukje over een bergweg en slaan even verder weer af een bergpad op. Het uitzicht op de besneeuwde bergtoppen is heerlijk, de alpenweide is heerlijk, het weer is heerlijk. Volop genieten dus! En tijd om even wat te eten inmiddels.

Als we verder gaan merken we dat het snel steiler wordt. We vallen weer in onze bekende valkuil. We beginnen veel te snel op deze hellingen. Met als gevolg dat we na een goed half uur lopen te hijgen en te puffen en dat we om de haverklap stil staan om op adem te komen en de hartslag wat naar beneden te krijgen. Maar goed, we gaan toch maar verder en gelukkig wordt het daar al weer wat minder steil. We lopen inmiddels al volop in de sneeuw. En in combinatie met de blauwe lucht en stralende zon is het nog steeds geweldig. Wel flink zweten en afzien, maar zo de moeite waard.

We komen weer op een steil stuk. Ze hebben hier zelfs een trap aangelegd, omdat het anders geen doen is om het gruis op te komen dat hier ligt. Het kost alsnog best moeite om naar boven te komen, Arnoud heeft zelfs handen en voeten nodig. Het vervolg is ook nog best steil, met een zigzag pad gestut met houten balken. Nog een stukje voorzien van touw voor de noodzakelijke houvast. En dan zijn we toch echt bij de Hohtürli, de pas vlak bij de Blümlisalphütte. Je kunt hier aan de andere kant weer naar beneden naar de Oeschinensee. Dat doen we natuurlijk niet. We zijn blij dat we boven zijn. Als iedereen de pas bereikt heeft lopen we het laatste stukje over een eenvoudige kam naar de hut. We zitten hier bijna op 2900 meter, dus het is hier wel een stuk frisser.

De Blümlisalphütte is een mooie hut en hij ligt prachtig. Fantastisch uitzicht over enorm veel bergtoppen en bergruggen in de buurt. En zoals te verwachten is in deze tijd van het jaar is het heel rustig. Ook binnen is het aardig fris, als we een tijd zitten begint het echt koud te worden. Gelukkig hebben ze een gaskachel staan die ze wel even aan willen steken voor ons. Er zijn nog 4 andere gasten aangekomen. 2 dames uit Basel en wat later 2 mannen uit Berlijn. Voor het gemak maken we met z’n allen gebruik van 1 tafel. We krijgen een goed gevulde soep. Een grote pan op tafel waar we allemaal uit op kunnen scheppen. Een van de dames ontpopt zich als gastvrouw en schept graag voor iedereen op. Het is een gezellige boel. Net of je thuis bent, maar dan met wildvreemde mensen. Waar je dan wel weer de passie voor de bergen mee deelt. Na een gezellige avond gaan we toch maar vroeg naar bed. Bijna 1500 meter klimmen op een dag, na een nacht nagenoeg niet slapen blijft toch bijzonder vermoeiend.

De volgende morgen zitten we weer fris – en sommigen wat minder fris – aan het ontbijt. Niet iedereen heeft goed kunnen slapen. Waarschijnlijk een combinatie van de inspanningen van de vorige dag en de hoogte waarop we zitten. Gelukkig ziet de tocht voor vandaag er wat rustiger uit. We gaan eerst weer een stuk dezelfde weg terug en dan steken we het dal over. Dus na een prima ontbijt gaan we weer op pad. Goed inpakken, want zo in de vroege ochtend is het helemaal nogal koud. Onze 4 medegasten vertrekken net voor ons en gaan allemaal richting de Oeschinensee. Wij gaan naar rechts waar we vandaan kwamen bij de Hohtürli, de zigzag helling en de trap af. Als we weer in de buurt van de groene alpenweiden komen moeten we meer naar rechts, dieper het dal in richting de Gamchigletscher. Volgens de kaart moeten we de gletscher oversteken. Maar als we daar komen dan blijkt de gletscher zover teruggetrokken te zijn dat we gewoon over de rots kunnen. Wel zijn er bruggetjes neergelegd over de rotsspleten die onder de gletscher hebben gelegen. Een indrukwekkend landschap wel. Aan de andere kant gaan we een stukje de helling weer op en lopen we verder over een grote grijze gruishelling. Als we op een gegeven moment omkijken zien we tot onze verbazing dat deze gruishelling toch op een gletscher ligt. We zien onder het gruis een gat in het ijs zitten. Er ligt alleen zo’n laag gruis op de gletscher dat je helemaal niets van het ijs merkt als je erover loopt. Hiervandaan is het nog een paar honderd meter stijgen. We doen het rustig aan, want we hebben geen zin om weer zo afgepeigerd te zijn als gisteren. Zo zijn we toch mooi op tijd bij de Gspaltenhornhütte.

De Gspaltenhornhütte is een veel kleinere hut dan de Blümlisalphütte. Hij ligt tegen de rots aangebouwd. Ook de voorzieningen zijn wat minder luxueus. Het toilet en de was ruimte zijn buiten. Nou ja toilet, eigenlijk is het gewoon een plank met een gat erin boven de afgrond. Je kunt je boodschap gewoon laten vallen en het komt vanzelf tientallen meters beneden je op de rotsen terecht. Verder is het ook in deze hut knus. We zien nog een ander gast die hier in de buurt heeft geklommen. Hij blijft alleen niet overnachten. Zo blijven we met z’n vijven en de waard achter. We kregen prima eten en vermaken ons ook de avond nog prima.

De volgende morgen staat er alweer een lekker ontbijt voor ons klaar en wacht ons nog een andere verrassing. Het heeft vannacht een beetje gesneeuwd en de hele omgeving is nu wit geworden. Ook nu sneeuwt het nog een beetje. Als we vertrekken zijn we weer goed ingepakt, maar nu vooral in regenkleding. Vandaag besluiten we om op te splitsen. Peter en Maarten gaan via de kortste route het dal in naar de auto. De rest gaat nog een stukje omhoog en gaat 1 zijdalletje verder naar beneden. Zo gaan we – Franc, Arnoud en ik –  weer een stuk door de sneeuw. We moeten ook een stukje rots op met een laddertje en komen daar op een prachtige kam. Het uitzicht is hier weer prachtig. Het weer is inmiddels ook weer flink opgeklaard en ziet er prima uit.

Aan de andere kant is het een stevige afdaling door een behoorlijk pak sneeuw. Het valt niet mee om hierdoor naar beneden te komen. Aan het begin gaat het prima, maar op een gegeven moment wordt het gladder en wordt de ondergrond onregelmatiger.  De tocht en vooral de zware rugzak, met 10 kg touw erin beginnen me op te breken. We lopen over een bergweg verder, maar ik zak bij elke stap bijna door mijn benen. Het lijkt ons het beste om de last te verdelen. Dus touw uit mijn rugzak en bij Arnoud op z’n rug. Zo lukt het beter. Als we terugkomen bij de auto zijn Peter en Maarten natuurlijk allang beneden.

Al met al een bijzondere, pittige en prachtige tocht. Weer een ervaring rijker!