Huttentocht 2023 – Innsbruck Oostenrijk

Nostalgisch met de nachttrein.

Ja je leest het goed, 2023 en niet 2022. Vorig jaar hebben we de huttentocht overgeslagen,. Ter compensatie zijn we een dagje wezen e-mountainbiken op de Veluwe. Maar dit jaar dus weer ouderwets een huttentocht. We gaan voor ons doen vroeg, eind Augustus. Dus eigenlijk nog volop in het zomerseizoen. We kwamen ergens iets tegen over de nachttrein naar Oostenrijk die ook weer in de zomer rijdt. Nou dat leek ons wel weer een keer leuk. Net als vroeger toen we jaarlijks met de Austria-express naar Oostenrijk reden. Dat geldt voor Maarten en mijzelf. Als we lekker in de trein kunnen slapen dan komen we hopelijk uitgerust aan en omdat we geen extra overnachting nodig hebben is het nog relatief voordelig ook.

Zo gezegd zo gedaan we hebben de tickets besteld en verzamelen op 24 augustus op Utrecht Centraal station en stappen we in de trein. We zitten in een 6 persoons 2e klas coupé en we hopen natuurlijk dat we de coupe voor onszelf hebben. Dat valt helaas tegen in Arnhem komen er nog 2 mensen bij. Het mag de pret niet drukken.

Tegen een uur of elf zijn we al een aardig eind Duitsland in en besluiten we om te gaan slapen. Stoelen onderuit trekken en dan “kop aan kont” gaan liggen. Oef, dat valt toch wat tegen. Je kan je benen niet eens languit leggen en met 2 op 1 stoelbreedte is best wel krap. Dat was vroeger toch veel relaxter. Oh ja, we waren toen nog wel een stuk kleiner en we zaten in een eerste klas coupé, ook wel wat ruimer. Kortom van slapen komt niet echt veel.

Om een uur of 3 ’s nachts merken we dat we erg lang stil staan. Niet eens bij een station, gewoon in de middle of nowhere. En geen enkele informatie over wat er aan de hand is. Gewoon blijven liggen, proberen verder te slapen. Uiteindelijk beginnen we weer te rijden en stoppen we bij station Nürnberg. Hier kunnen we in ieder geval zien op het bord dat ze verwachten dat we nog wel wat meer vertraging krijgen. Op een gegeven moment staat er dat de verwachting is dat we pas over een uur weer vertrekken. We nemen de gelegenheid maar even te baat om op het station een ontbijtje te scoren. In de hal zijn wat eettentjes en we bestellen er wat en eten het rustig op. Na een half uur gaan we maar even kijken of er nog nieuws is bij de trein. Als we op het perron aankomen zien we dat ze klaar staan om te vertrekken, dat is dus een half uur eerder. Oei oei, hadden we bijna de trein gemist en al onze spullen zaten nog gewoon in de trein.

Al met al komen we toch in Innsbruck aan, met een vertraging van 5 uur. We dachten vandaag alle tijd te hebben om naar de eerste hut te komen, maar we moeten nu toch wel voortmaken. We gooien de “reisbagage” in een kluis op het station en nemen alleen de wandelbagage mee en gaan nog met een treintje van Innsbruck naar Seefeld. Dat ligt aan het lijntje naar Garmisch-Partenkirch en gaat vrij snel omhoog als we Innsbruck uit zijn. Je hebt vanuit dit treintje dus een leuk uitzicht over het Inntal en het vliegveldje.

In Seefeld lopen we van het station naar het dalstation van de kabelbaan waarmee we redelijk dicht bij de eerste hut kunnen komen. We stappen iets over 3 in de kabelbaan. We hebben dus nog een paar uur om bij de hut te komen. Dat moet lukken. Met het tweede kabelbaantje komen we bij de Härmelerkopf. En daarvandaan wandelen we naar de Nordlingerhütte. Een goed uur lopen. Zo zijn we er tegen half vijf. Al met al een hele lange reis en een korte wandeling. Maar nu we hier zitten bij de hut is het toch alweer genieten. Prachtig uitzicht op de stad Innsbruck en de dalen eromheen en een heerlijk glas bier erbij. Daar waren we wel aan toe.

De Nordlingerhütte

We brengen onze spullen naar de slaapzaal. Het is volle bak dus het wordt wel weer hutje mutje slapen, het voordeel hier is dat je wel met je benen languit in het bed past. Dat is in ieder geval al een stuk comfortabeler dan de vorige nacht. Het is tijd om naar de eetzaal te gaan voor de avondmaaltijd. Ook hier is het druk en we delen de tafel met nog 2 andere gasten. Het eten smaakt ons prima.

Na het eten verzeilden we in een verhitte discussie. En blijkbaar was het volume flink omhoog gegaan. Toen we om ons heen keken was ineens iedereen vertrokken. Iets teveel opgegaan in onze discussie denk ik. Nou ja, dan gaan we ook maar naar bed.

Met zo’n zaal vol mensen en 1 klein raampje op een kiertje werd het bloedheet en benauwd. Toen ik ’s nachts wakker werd heb ik eerst een raam wagenwijd open gezet om wat extra zuurstof naar binnen te krijgen. De rest van de nacht was zo iets beter uit te houden.

De volgende morgen was het vroeg ontbijten – voor ons doen. Zo konden we ook mooi op tijd vertrekken. Het weer is aardig opgeknapt dus we genieten van de zon en de blauwe lucht. Onze route gaat naar het Solsteinhaus. We hadden eigenlijk 2 opties. Aan de noordkant van de kam langs en dan iets verder naar beneden. Of aan de zuidkant en dan vlak onder de verschillende toppen langs. Volgens de informatie die we gelezen hebben is de laatste optie behoorlijk uitdagend. En we kiezen maar voor de veiligere optie via de noordkant.

We dalen dus inderdaad zo’n 400 meter af om verderop ongeveer hetzelfde weer te moeten klimmen. We komen op de Eppzirler Scharte. Hiervandaan was het de bedoeling om de Erlspitze te beklimmen via een klettersteig. Arnoud en ik vinden het al wel even uitdagend genoeg geweest en kiezen ervoor om rechtstreeks door te lopen naar het Solsteinhaus. Maarten en Franc gaan nog wel de Erlspitze op.

De Erlspitze op of niet?

We komen om een uur of 2 aan in de hut en nemen een glas skiwasser. Heerlijk uitpuffen op het terras en intussen genieten van het weer en de omgeving. Na ongeveer anderhalf uur zien we Maarten en Franc in de verte aankomen. Als ze wat dichter bij komen zien we dat het bij hun ook niet al te soepel meer gaat. Maar ze hebben het toch “geschaft”. En het was zeker de moeite waard naar hun oordeel.

Er blijft nog genoeg tijd over om wat te drinken op het terras en wat na te keuvelen. Dan is het tijd voor het avondeten. Het is wat minder druk dan de eerste hut, dus hier hebben we een tafel voor onszelf. En we worden verwend met 4 heerlijke Wiener schnitzels. Dat blijft toch het allerlekkerst in een hut. De rest van de avond vermaken we onszelf met een potje kaarten en genieten we van koffie en bier.

Voor de volgende dag waren we van plan verder te lopen naar het Nordkette bergstation om daar de lift te nemen Innsbruck in. Dat zou nog een flink lange tocht zijn. En aangezien het regent en de verwachting is dat dat wel zo zal blijven vandaag, kiezen we ervoor om hiervandaan rechtstreeks het dal in te lopen naar het station van Hochzirl. Dus zo verlaten we het Solsteinhaus ingepakt in onze regenkleding. Het eerste stuk gaat over bospaden, best steil maar wel goed te doen. Later gaat het meer over onverharde bosweggetjes, maar die zijn zo steil dat we behoorlijk last van onze benen krijgen. Als je stil wil blijven staan om even uit te rusten moet je je omdraaien, omdat je anders niet rechtop kan blijven staan.

Solsteinhaus

Na een kleine 3 uur komen we aan op het stationnetje. Het is inmiddels wat droger geworden en we kunnen onze natte regenkleding uitgooien. En binnen een half uur is de trein er al en gaan we richting Innsbruck. We hebben daar nog een overnachting geboekt in een hotel. Maar omdat we al vroeg in Innsbruck zijn en nog niet in het hotel terecht kunnen doen we eerst maar een rondje stad.

Station Hochzirl

We vinden een mooi terras op het plein in de binnenstad. Hier nemen we een lekkere cappuccino met wat erbij. Het regent nog maar ze hebben grote vierkante parasols waar we droog onder kunnen zitten. Verderop zit een ander groepje. Een vrouw zit opzichtig te flirten met een man, die overduidelijk niet haar man is. We zitten wat te grappen met elkaar over die mensen. Ondertussen rekenen we af en zijn we eigenlijk klaar om weer verder te gaan. Maar we zien dat de gootjes die tussen de parasols hangen niet helemaal goed hangen. Arnoud en ik kunnen dat wel even fixen. Dus we trekken een haakje wat omhoog waarmee de goten vast hangen om deze goed vast te maken. Maar we zien niet dat hierdoor een hele plens water die in de goot zit precies terecht komt op de man die verderop zat en zat te flirten met die vrouw. Franc probeerde ons te waarschuwen maar het was al te laat. Oeps. “Sorry”, “Entschuldigung”. En we wisten niet hoe snel we weg moesten komen. Dat gevoel, dat je had als je een kwajongensstreek had uitgehaald en werd betrapt. Als we een paar straten verder zijn liggen we toch helemaal in een deuk, deels schaamte, deels opluchting.

We lopen weer terug naar het station om onze reisbagage op te halen en naar het hotel te gaan. We hebben een lekkere ruime kamer met uitzicht op de triomfboog er vlak naast en op het station wat verderop. Als we gesetteld zijn en allemaal gedoucht hebben gaan we weer een rondje doen en een restaurant zoeken voor het diner. Als we over het plein lopen zijn de terrassen opgeruimd gelukkig. We kunnen gewoon langslopen zonder herkend te worden. We komen verderop bij de brug over de Inn. Het water staat echt hoog. Ze hebben gewaarschuwd dat de Inn komende dagen buiten ze oevers kan treden door alle regen in de buurt. Hopelijk zijn we morgen op tijd weg voor het zover is. Na wat ronddolen en zoeken vinden we een soort volkskeller, waar we wel lekker kunnen eten. Een behoorlijk grote tent, maar het lijkt ons prima eten. Na het eten zijn we mooi op tijd weer in het hotel en kunnen we een heerlijke nacht uitrusten.

Triomfboog

Op maandag morgen ontbijten we in het hotel en lopen daarna naar het station. Eens kijken of de terugreis beter gaat. We gaan nu niet met de nachttrein en we moeten in Duitsland een paar keer overstappen. We kunnen wel grotendeels met de ICE dus dat zou snel moeten gaan. Het begint in ieder geval niet al te best de trein die we in Innsbruck moeten nemen komt uit Italië en he, maar kan niet over de Brenner pas vanwege de overstromingen daar. Met een half uur vertraging kunnen we dan alsnog vertrekken met een gedeelte van de trein. Het is dus wel heel druk. Maar we weten een zitplaats te bemachtigen. In München stappen we over in een ICE en daar hebben we alle ruimte. Zo gaat de reis door Duitsland heel voorspoedig. Dus goede hoop. Totdat we op Venlo Blerick komen en de trein stopt. De trein gaat niet verder omdat die terug moet omdat een andere trein stuk is. En wij moeten verder maar uitzoeken hoe we thuis komen. Lekker dan.

Maarten en ik vinden al snel een trein die naar Nijmegen gaat en dat lijkt ons de snelste optie. Franc en Arnoud wachten op de trein richting Eindhoven en Utrecht. Zo is ons afscheid op het station in alle haast. Maar we zien elkaar snel weer! En 1 ding is zeker, de volgende keer niet met de trein. Dat was eens en nooit weer.

Wandeltocht 2021 – Gargellen Oostenrijk

Verschillende Klettersteigen in de buurt van Gargellen

Dit jaar zijn er alweer wat meer mogelijkheden. We kunnen in ieder geval weer naar Oostenrijk. Wel met de nodige restricties en gedoe. Zo moet je helemaal je eigen slaapgoed meenemen als je in een hut wil overnachten. Dat lijkt ons toch teveel van het goede, We kiezen daarom voor een alternatief. Via familie kunnen we een appartement huren in Gargellen in het Landal park. Van daaruit kunnen we dan verschillende tochten ondernemen. Er zijn best wat klettersteigen te vinden in de buurt. Bijkomend voordeel is dat we licht bepakt kunnen lopen.

Zo vertrekken we op zondag 26 September richting Oostenrijk. We gaan vroeg in de avond op weg en rijden de nacht door. Zo komen we op maandagmorgen aan bij het appartement in Gargellen. Onderweg in St. Gallenkirch doen we eerst wat boodschappen. Even wennen dat we nu al ons eten en drinken zelf moeten inslaan. Dat is dan een puntje wat minder luxe is, tegenover een enorme lijst met extra gemakken die we normaal niet hebben.

Nadat we ons een beetje gezetteld hebben, maken we ons klaar voor een klettersteig-tocht hier vlakbij. We kunnen lopend naar de lift een paar honderd meter vanaf het appartement. We moeten wel een mondkapje op in de lift, anders komen we er niet in. En niet zomaar een huis-tuin-en-keuken mondkapje. Nee, het moet wel een FP2 mondkapje zijn. En die hebben we natuurlijk niet. Gelukkig kun je ze hier gewoon kopen bij het ticket voor de kabelbaan. We kunnen verder. Als we in het liftje zitten kan het kapje snel weer af, want we zitten toch met z’n vieren in de lift en verder niemand. We hebben al een hele dag bij elkaar in de auto gezeten, dus die besmetting zal zo’n vaart niet lopen.

Vlak voor de klettersteig

Vanaf het bergstation van de kabelbaan is het maar een klein stukje lopen naar de instap van de klettersteig naar de Gargellner Köpfe. Eerst een stukje “gewone” klettersteig en dan komen we bij een kabel die gespannen is over een kloof met 2 kabels erboven voor zekering en houvast. Hier schuifelen we over naar de overkant. Om vervolgens via metalen steunen een rotswand recht omhoog op te klimmen. Vooral de overstap van de horizontale kabel naar de verticale rotswand is best uitdagend. Maar het is ons allemaal goed gelukt.

Kabel over de kloof

Als we bovenop de steile rotswand zijn geklommen gaat het nog een stukje verder, soms gezekerd, soms ongezekerd. En al gauw bereiken we het kruis waar we alle tijd nemen om te genieten van het uitzicht en de rust. Dit hebben we toch wel gemist afgelopen jaar. Nu dus dubbel genieten.

Bij het kruis

Vanaf de top kunnen we aan de andere kant via een normaal pad terug naar het bergstation. Op ons dooie gemakje lopen we er naartoe. Op het terras nemen we vast een lekker glas drinken. En we kunnen buiten in de zonnestoelen nog een tijdje relaxen voordat we weer in de lift stappen naar beneden.

Terug in het appartement hebben we alle ruimte aan ons zelf. Biertje uit de koelkast erbij. Lekker douchen allemaal. Wat een luxe. Wel moeten we zelf voor een warme maaltijd zorgen. Met vereende krachten koken we een voedzame maaltijd. Het is bovendien prima te eten hoor. En na het eten hebben we alle tijd om wat kaartspellen te doen. Een rondje klaverjassen, altijd leuk.

De volgende morgen gaan we iets verder weg. We rijden met de auto naar Schruns en gaan daar met een kabelbaan omhoog. Dan nog een stukje verder met een stoeltjeslift richting de Kreuzjoch. Er hangt nog aardig wat lage bewolking, met de stoeltjeslift gaan we er dwars doorheen. Weinig uitzicht dus, we kunnen nog net de stoeltjes voor ons zien en dat was het ongeveer. Als we uitstappen is het al iets beter.

We lopen ongeveer een half uurtje naar de instap van de klettersteig. Door alpenweiden en langs een meertje. Het is nog fris, de lucht is al wel blauw maar we lopen nog helemaal in de schaduw van de berg, als we aan de klettersteig beginnen. De dauwdruppeltjes sprankelen hier nog op de graspollen. Gaaf gezicht.

Dauwdruppeltjes op het gras

We klimmen nog een tijdje door. Dan moeten we over 2 kabelbruggen, bij elkaar best een heel eindje. Daarna nog een klein stukje voordat we op de graat zijn. Deze volgen we verder, gelukkig nog wel gezekerd allemaal, en uiteindelijk komen we op de top van de Hochjoch aan. Heerlijk in de zon en met een prachtig uitzicht. Dat went nooit, daar kun je van blijven genieten.

Klettersteig met uitzicht

Op een gegeven moment is het weer tijd om verder te gaan. De klettersteig gaat nog een heel stuk verder over de graat. We zien een hele kudde steenbokken die op hun dooie gemakje op het pad liggen. We vragen ons af ze ons er wel langs willen laten. Met die lange horens wil je niet in aanraking komen. Als we vlakbij zijn gaan ze toch voorzichtig een stukje aan de kant en kunnen we zonder problemen passeren.

Steenbok op het pad

Niet ver voorbij de steenbokken eindigt de klettersteig vlak bij een breed pad wat weer terugloopt naar de stoeltjeslift. We komen nog langs de Wormserhütte. Hier kunnen we mooi alvast wat te drinken nemen om toch nog een beetje van het huttenleven mee te genieten. En dan gaan we het laatste stukje nog door en weer met de kabelbaan naar beneden. Het was weer een prachtige dag.

Als we weer terug zijn in Gargellen hebben we nog lekker even de tijd om het zwembad uit te proberen. We hebben het zwembad nagenoeg helemaal voor onszelf dus we kunnen ons uitleven. Wanneer we uitgepoedeld zijn gaan Is het weer tijd om eten te maken. En ’s avonds kijken we een Champions league wedstrijd van Ajax. Weer eens wat anders.

De laatste dag begint nogal nat dus we hebben geen haast om te gaan wandelen. Later op de ochtend klaart het op en gaan we er alsnog op uit. Deze keer gaan we een Schlucht lopen. Van Bürserberg naar Bürs en dan aan de andere kant weer terug. Een heel ander type tocht en een heel andere omgeving maar alsnog best leuk. En natuurlijk moeten we ook op blote voeten door de beek lopen, althans Maarten in ieder geval. De rest heeft iets minder die behoefte. Vanaf Bürserberg naar beneden gaat helemaal door de Schlucht. De terugweg gaat meer door bos en langs bosweiden.

Schlucht

Als we bij de auto terug zijn bedenken we dat we ook nog wel even het dal uit kunnen rijden en dan met de lift omhoog naar de Lünersee. En zo gezegd zo gedaan. Hier is de Douglashütte waar we onze allereerste tocht hebben overnacht in 2005. Toch leuk om weer oude herinneringen op te halen. De hut ziet er iets groter en ook wat troostelozer uit dan we in gedachten hadden. Weer een kleine desillusie armer.

Nu is het in ieder geval weer tijd om naar het appartement terug te gaan. Deze avond trakteren we onszelf maar eens op een lekker diner in het parkrestaurant van Landal. Een verrukkelijke afsluiting van een andere, maar zeker zo geslaagde tocht. En morgen is het weer tijd om aan de terugreis te beginnen.

Huttentocht 2020 – Geuldal Limburg

Het krijtlandpad

En dan is het 2020 … CORONA. Daar gaan alle plannen. Grenzen open, grenzen weer dicht. Horeca open, horeca dicht. Horeca toch weer open. Wel of niet samen in de auto?

Enfin, we hebben toch nog een mogelijkheid gevonden om een paar dagen te wandelen. We kunnen nog niet de grens over, dan maar in de ‘Dutch mountains’. We vinden een paar etappes van het krijtlandpad en we combineren er 3 die we in 2 dagen willen doen. Als we weinig hoogtemeters hebben moet dat een makkie zijn, toch?

We spreken af bij parkeerplaats Vijlener bos in de buurt van Vijlen . We rijden met 2 auto’s, zodat we niet allemaal bij elkaar in de auto hoeven te zitten. Dus we ontmoeten elkaar daar in Limburg. Om ongeveer half elf staan we klaar om te starten.

Het eerste stuk gaat door het grensbos met België. Het is best wel geaccidenteerd al. Vrij snel komen we bij de bosrand en lopen we een heel stuk langs de bosrand met uitzicht over de wat lager liggende weilanden en dorpjes. Het is nog een wat grijze nevelige ochtend, maar dat geeft juist het landschap wel een bepaalde sfeer mee.

UItzicht vanaf de bosrand

Het vervolg van het eerste deel gaat afwisselend door het bos of meer langs de bosrand. Soms zelfs een pad tussen de weilanden door. Dan komen we bij de Vaalserberg uit. Bij het bekende drielandenpunt. We mogen de grens niet over, maar we mogen er wel op lopen. We kunnen hier zelfs even zitten en een bekertje koffie kopen bij een loketje. Wel buiten natuurlijk, binnen zitten in een horeca gelegenheid is uit den boze.

Hiervandaan volgen we een pad wat langs de Duitse grens loopt het dorp Vaals in. Eerst lopen we langs wat woonwijken dat is niet zo bijzonder, maar als we dichter bij het centrum komen ziet het er wel wat leuker uit. Een paar kerken en wat mooie authentieke Limburgse gebouwen. Echt wel een heel aardig dorpje om doorheen te lopen.

Vanuit Vaals lopen we naar een heel klein dorpje Holset, daar komen we langs een restaurant waar ze soep verkopen via een loket. Er staat een houten bankje buiten waar we stiekem gebruik van maken. Het is al tegen 2 uur en we hebben flinke trek. Het weer is inmiddels wat vriendelijker geworden. We zien her en der wat blauwe lucht en de zon probeert er ook wat doorheen te komen. Best uit te houden hoor zo met een kommetje soep. We zitten pal tegenover de Sint Lambertuskerk, staat niet op de lijst van toeristische bezienswaardigheden, maar toch leuk om gezien te hebben.

Sint Lambertuskerk

We vervolgen onze weg richting Vijlen. Het zijn hier vooral wat landbouwweggetjes tussen de weilanden door. Bij Vijlen zelf komen we even een iets grotere weg tegen waar we een klein stukje langs lopen. En dan gaan we al snel weer wat lager langs een pad iets lager dan het dorp. Zo kunnen we Vijlen een beetje bekijken vanaf de buitenkant.

Vijlen vanuit het dal

De route gaat verder richting Nijswiller. Afwisselend langs een beek, over landbouwweggetjes en tussen de akkers door. Voorbij Nijswiller gaan we weer wat hoger op de heuvels lopen richting Wittem en de Gulperberg. Vlak voorbij Wittem steken we de rijksweg nog een keer over. De route gaat echt helemaal over de Gulperberg langs het Mariamonument. Hier hebben we een mooi overzicht over Gulpen zelf. Het is inmiddels al half zes, en we beginnen de benen aardig te voelen. We zijn blij dat we alleen de berg nog af hoeven en dan in het dorp naar hotel Gulpen. Tijd om uit te rusten en een lekkere warme maaltijd in het hotel. Dat smaakt prima.

Gulpen vanaf de Gulperberg

De volgende dag genieten we van een voortreffelijk ontbijtje en zijn we klaar om de rest van de tocht te lopen. We lopen Gulpen uit langs de Gulp. We komen langs een vijverpartij en een heel aardig kasteeltje, waarna we weer een hellinkje oplopen. Arnoud heeft flink last van zijn knie vanmorgen en probeert even of het wel lukken wil vandaag. Na een half uurtje komt hij tot de conclusie dat het hem niet gaat worden vandaag. Vandaar dat hij terug gaat naar Gulpen en daar de trein pakt naar huis terug. Met z’n drieën gaan we verder.

Een van de kasteeltjes

Het landschap waar we vandaag langs komen heeft een iets ander karakter. We lopen veel langs wat parkachtige landgoederen en ook door wat smallere weggetjes tussen dichte heggen door. Maar daarnaast ook wel bos en weilanden zoals gisteren. We lopen vlak langs Slenaken en langs de Belgische grens. Hiervandaan lopen we onder Epen door weer richting het Vijlense bos waar de auto staat.

En zo eindigt weer een bijzondere tocht. Heel anders dan we gewend zijn, maar gezien de omstandigheden heel erg de moeite waard. Maar voor volgend jaar hopen we natuurlijk wel weer op echte bergen.

Huttentocht 2019 – Valgaudémar Frankrijk

Kennismaken met de Franse alpen

In 2019 hebben we een unicum. We hebben een route gepland in Frankrijk. Voor de allereerste keer. En dat met 2 Frankofielen in de groep, dat is toch bijzonder te noemen. Het doel is een tocht door het Parc des Ecrins en wel in het dal Valgaudémar.

Zo rijden we goedgemutst op vrijdag naar het startpunt van de tocht: Chalet Hôtel Refuge du Gioberney, een stukje voorbij het plaatsje La Chapelle-en-Valgaudémar. Het is een behoorlijk stuk buiten de bewoonde wereld en zodra we het plaatsje voorbij rijden is alle contact met de buitenwereld verbroken. We hebben de hele rest van de tocht geen mobiel bereik meer gehad. Voor ons heerlijk rustig. Voor het thuisfront juist extra stress.

We hebben het wat betreft het weer niet beter kunnen treffen. Een strakblauwe lucht en een stralende zon en alsnog niet overdreven warm. Wat een begin van deze tocht. Vol goede zin vertrekken we rond een uur of 11 voor de eerste etappe naar de Refuge du Pigeonnier, een leuke hut op 2430 meter hoogte. Dat is toch gauw zo’n kleine 800 meter klimmen. We zijn nog fris dus we draaien onze hand er niet voor om. Nu was er een mogelijkheid dat we een gletsjer moeten oversteken deze tocht, hiervoor hebben we wat extra uitrusting meegenomen, zoals touw en stijgijzers. Je weet maar nooit. Maar dat is toch wel een aardig hapje extra gewicht om mee te sjouwen. Op deze eerste dag valt het gelukkig nog niet te zwaar.

Onderweg naar Refuge du Pigeonnier

Tegen half drie komen we aan in deze eerste hut. Hij ziet er gezellig uit, toch wel een andere stijl dan de hutten die we kennen uit Oostenrijk, Zwitserland en Italië. Het is geen hele grote hut en het is ook zeker niet druk. Gewoon prima vertoeven hier. We gebruiken de rest van de middag om rond de hut te kijken en om het terras meubilair uit te proberen. Zou je in die ligstoelen ook lekker een tukje kunnen doen? Nou dat lukt prima hoor.

Als het tegen de avond wat frisser begint te worden gaan we naar binnen en nemen we vast een glaasje wijn voor het eten. We zijn per slot van rekening toch in Frankrijk, hè. Het grappige in deze hut is, dat ze lage raampjes hebben naast de eettafels zodat je daardoor heel goed het dal in kunt kijken naar beneden. Dat geeft een heel mooi ruimtelijk effect.

Gezellige hut

Dan is het tijd voor het avondeten. Nog zo’n verrassing. Geen Schnitzel met bratkartoffeln, maar een moot gebakken zalm met rijst. Waar komt die dan vandaan? Dat verzin je toch niet? Maar wel smullen, eerlijk gezegd. Inmiddels is het buiten wat gaan betrekken en komen we een beetje in de bewolking te zitten. Nou ja, dan gaan we toch gewoon weer lekker op tijd naar bed.

De volgende morgen wacht ons alweer een cadeautje. Als we wakker worden blijkt de bewolking nog verder te zijn gezakt. Deze ligt nu als een mooie wollige deken in het dal. We kijken er precies overheen. Geweldig gezicht is dat.

Wolkendeken vult het dal

Na een lekker Frans ontbijtje staan we te popelen om op pad te gaan langs de betoverende wolkendeken. Na een tijdje gaat het pad wat naar beneden en dat betekent eigenlijk dat we de deken inlopen. Het uitzicht wordt er minder wijds van, maar geeft wel gelijk een mysterieuze sfeer. Ook heel tof.

Verderop zijn we wat aan het puzzelen met de kaart. Moeten we hier nu verder omhoog of moeten we hier het pad naar beneden hebben? Ik denk toch verder omhoog hier. Zo klimmen we vrolijk een half uurtje verder. Hmmm, we gaan nu wel heel erg de andere kant op. Ik denk toch dat we het pad naar beneden moeten hebben. Nou ja, dan gaan we maar weer terug en proberen we de andere optie. Dat ziet er beter uit. We moeten wel verder naar beneden dan we oorspronkelijk gedacht hadden en dat betekent dat we ook weer verder omhoog moeten klimmen, maar het zij zo.

Tussen de middag vinden we een mooie grote steen lekker in de zon. Hier kunnen we mooi onze broodjes opeten. Daar zijn we wel aan toe. We hebben weer voldoende energie getankt om verder te gaan. Het is ook nu weer echt genieten van de omgeving en de ruige natuur hier. Uiteindelijk komen we na een flinke tocht bij de volgende hut uit, de Refuge de Chabournéou. Eens kijken hoe het hier is.

Het blijkt een ongeveer even grote hut dan de vorige, maar wel een heel stuk drukker. Het oogt allemaal iets Spartaanser en basic, maar dat mag de pret niet drukken. Heel leuk zijn all spelletjes die er lagen. Zo hebben we de avond gevuld met het “europa express”-spel. Dat is toch weer eens wat anders dan de hele avond kaarten. Om een uur of negen gingen de grote lampen uit en moesten we het doen met de kleine oplaadbare tafellampjes. Blijkbaar moeten ze hier zuinig omgaan met de opgewekte zonne-energie. Geeft overigens wel een hele grappige sfeer zo in de avond. En iedereen gaat ook graag op tijd naar bed. Ook een voordeel.

Avondverlichting

De volgende ochtend doen we het rustig aan met het ontbijt. De route voor vandaag is veel minder lang dan gisteren, alle tijd dus. Als we vertrekken is het nog aardig mistig, maar binnen een goed uur is alles helemaal opgetrokken. En opnieuw een zonovergoten dag. De tocht loopt over een steile helling die we gelukkig vrij vlak kunnen volgen. Later komen we juist meer over een soort hoogvlakte. Een mooie afwisseling van landschap met blijvend het uitzicht op de imposante bergen rondom. Zo komen we al vroeg in de middag aan bij de Refuge de Vallompierre op 2271 meter hoogte. We beginnen met een lekker glas bier, ook dat kan gewoon in Frankrijk. Dan een lekkere lunch. En de hele middag de tijd om een beetje rond te kuieren rond het meertje wat hier precies voor de hut ligt. Een heerlijke relaxte dag zo.

En als we de volgende morgen weer vertrekken is het een nog mooier plaatje. Het meertje spiegelglad, de bergen erachter prachtig in de morgenzon en de hut zelf nog mooi in de schaduw en de weerspiegeling in het meertje. Wat een fantastisch plaatje.

Wat een plaatje

Zo begint de laatste dag van deze tocht. We moeten vandaag vooral weer een stuk dalen. Dus nadat we over de hoogvlakte naar de helling zijn gelopen gaat het pad behoorlijk steil naar beneden. Zoals gewoonlijk gaan Franc en Maarten er als een haas vandoor, naar beneden. Arnoud en ik gaan op ons eigen tempo en dat is een stuk langzamer. Maar ook wij komen er wel hoor. Beneden aan het steile gedeelte is een beek waar een grote kudde schapen een bruggetje over moet. Vanaf de helling kunnen we het hele schouwspel volgen. Hoe de herder en zijn hond de schapen bij elkaar drijft en ervoor moet zorgen dat het eerste schaap de brug over gaat. En dan volgt de rest eigenlijk als vanzelf. Mooi gezicht is dat.

Als er 1 schaap over de brug is…

Nu volgt een wat vlakker gedeelte en het laatste stuk moeten we zelfs weer omhoog klimmen naar het hotel waar de auto staat. Het lijkt ons een goed idee om hier een koffie te nemen met een lekker stuk taart. Dat stuk taart blijkt een mega stuk te zijn met een enorme lading slagroom. Heerlijk hoor, maar wel wat veel. Als we in de auto zitten en terug rijden merk ik dat ik toch beter een wat kleiner stuk had kunnen eten. Zeker het eerste stuk wat nogal heen en weer slingert verteer ik niet al te best. Gelukkig zakt het allemaal wel weer.

Het is nog een behoorlijke rit en we maken van de gelegenheid gebruik om achterin de wedstrijd van het Nederlands elftal tegen Estland te kijken, op een laptop. Helaas is de verbinding niet al te best, vooral als we een stuk door Duitsland rijden. De doelpunten komen dus wat haperend tot stand. Het mag de pret niet drukken. Laat in de avond zijn we weer lekker thuis en duiken we in ons eigen bedje.

Alweer een ervaring rijker!

Huttentocht 2018 – Prägraten Oostenrijk

Rondje keteldal vanuit de Sajathütte

In September 2018 hebben we ruimte gevonden voor een korte tocht. En we zijn dit jaar met z’n drieën. Arnoud moest deze keer helaas verstek laten gaan. Maar Franc was er dan wel weer bij. Omdat we niet al te veel tijd hadden hebben we deze keer gekozen om een drie daagse wandeling te doen, maar beide nachten in dezelfde hut te overnachten. Relatief luxe omdat we met z’n drieën een eigen kamer hebben. Ook wel eens lekker.

De heenreis is wel weer ouderwets ’s nachts rijden en ’s morgens gelijk de berg op. Maar we hebben wel wat geleerd want de wandeling die we de eerste dag doen is niet zo lang. We hebben een voorspoedige rit gehad en zo komen we voor 8 uur door het dorpje Prägraten in Ost-Tirol in het Virgental en rijden we de parkeerplaats op waarvandaan de wandeltocht begint. Het is een prachtige zonovergoten morgen dus we hebben er helemaal zin in. Nog even omkleden en klaarmaken voor vertrek en dan gaan we.

Klaar voor de start…

Het eerste uur lopen we nog door bosachtig terrein en langzaamaan wordt het steeds opener. Heerlijk die geur van sparren en de rust hier midden in de natuur. We hebben alle tijd dus we nemen regelmatig even de gelegenheid om uit te rusten en te genieten van de omgeving en het uitzicht dat steeds mooier wordt naar mate we hoger komen. We kunnen het Virgental al snel inkijken wanneer we boven de boomgrens uitkomen. En ook krijgen we de Sajathütte dan al gauw in beeld. Maar dat betekent nog niet dat we er bijna zijn. Eerlijk gezegd zijn we dan pas halverwege. Niet getreurd, het is een fantastische dag en een heerlijke omgeving dus wat wensen we nog meer. Bovendien, het kost dan heel wat zweetdruppeltjes, maar dat is toch waar we het voor doen.

Sajat Hütte

Zo komen we al rond 12 uur aan bij de hut op 2600 meter hoogte. Mooi op tijd voor de lunch en vast een lekker glas drinken. Het is nog iets te vroeg om al in de kamer te kunnen dus we parkeren onze spullen maar even ergens beneden in de gang. We hebben nog de hele middag de tijd en we besluiten om een plekje te zoeken in het gras om heerlijk in de zon te dutten en wat slaap in te halen van de afgelopen nacht.

Aan het eind van de middag wordt het wat frisser dus verhuizen we naar het terras bij de hut waar we wat meer uit de wind zitten en nog een lekker glas radler nemen. En al snel is het ook daar te koud en gaan we naar binnen voor een verrukkelijke warme maaltijd. Er is een gezellige drukte in de hut maar het is zeker niet overvol. Na het eten leggen we nog een kaartje en nemen we een koffietje en dan is het al weer tijd om naar bed te gaan. Wat een heerlijke dag was dit al!

De volgende morgen staat een rondje door het keteldal achter de hut op het programma. Te beginnen met een klettersteig de Rote Säule op. Dus met onze uitrusting aan en licht bepakt gaan we op pad. De klettersteig is heel goed te doen en zeker ook heel mooi. We komen om een uur of 10 aan op de top en genieten daar van het fantastische uitzicht. Vervolgens gaan we langs de achterkant een stukje om naar het wandelpad van de Sajathütte naar een andere hut. Dit pad is verderop geblokkeerd dus er komen weinig wandelaars langs. En we hoeven zelf ook niet die kant op dus we hebben er verder geen last van. Maar we kunnen het pad wel gebruiken om weer een stukje terug te lopen richting de hut. Op het satteltje waar we langs komen hebben we tijd om even een broodje kantwurst te eten als lunch. Die kantwurst smaakt echt nergens beter dan hier in de bergen.

Lunch op het sattel

Even verderop nemen we een afslag die richting de volgende top gaat langs het keteldal, de Kreuzspitze. We komen hier ook nog een klein stukje klettersteig tegen en verder hebben we een beide kanten een spectaculair uitzicht. Nadat we ook nog wat sneeuwveldjes overgestoken zijn komen we tegen een uur of 2 aan op de top. Ook hier een prachtig uitzicht rondom dus volop genieten.

Panorama vanaf de Kreuzspitze

Er loopt hiervandaan een route door over de kam van het keteldal, maar de kaart is niet erg duidelijk over de begaanbaarheid van het pad. Het lijkt best een uitdagend stuk te zijn en ook nog wel redelijk lang. We besluiten dus om grotendeels via hetzelfde pad terug te gaan zoals we gekomen zijn en zo de kortste route terug naar de hut te nemen. Zo zijn we mooi op tijd weer terug in de hut en hebben we ruim de tijd om te genieten van de zon, de fantastische omgeving en een heerlijk glas koud bier.

En na een zoals gebruikelijk gezellige avond met lekker eten en drinken en een spelletje, sluiten we ook deze dag weer uiterst tevreden af. What a beautiful day.

De volgende morgen is het tijd om weer terug naar de auto te lopen. We hebben een route gepland die eerst langs een andere hut gaat, de Eisseehütte. En daarvandaan langs een beek een stuk naar beneden om vervolgens nog een stuk op gelijke hoogte naar de parkeerplaats te lopen.

Zo gaan we op pad. We genieten van de ochtendzon en de nevel die in het dal hangt. We volgen het pad dat om de berg mee buigt en dalen geleidelijk af naar de Eissehütte. Hier nemen we de gelegenheid te baat om een verfrissende cola te drinken. Volgens de kaart moeten we vlak achter de hut nog de Eissee zelf kunnen vinden. Dus we gaan op pad om die te zoeken. Maar na een half uur rond sjouwen zien we nog nergens een meer. We geven het op. We gaan weer terug naar de hut en daarvandaan verder het dal in langs de beek. Het begint aardig warm te worden hier, want de zon schijnt nog steeds volop en we komen wel al wat lager.

Het laatste stuk loopt inderdaad redelijk op gelijke hoogte, maar alsnog vraagt het nog wel de nodige inspanning. En zo komen we moe maar voldaan weer aan bij de auto. We rijden vandaag nog een stukje richting Duitsland en overnachten nog in Mittersil net aan de andere kant van de Felbertauerntunnel. Bij een Pizzeria vlak bij het slaapadres genieten we nog van een lekkere maaltijd met uitzicht op de Kitzbühler alpen en genieten we na van de prachtige dagen hier.

Huttentocht 2017 – Zermatt Zwitserland

Tocht van de treinen en de Matterhorn

In 2017 valt ons oog weer op Zwitserland voor een mooie tocht. De omgeving van de Matterhorn is natuurlijk wereldberoemd en lijkt ons ook bijzonder mooi. Vanuit Zermatt kun je met een tandradtrein tot heel hoog komen. Vandaar kunnen we een mooie route uitstippelen. Op het laatste moment moet Franc helaas afhaken. Hij krijgt het niet rond in zijn agenda.

Zo vertrekken we op vrijdagavond 22 september met z’n drieën richting Zwitserland. We komen ’s ochtends aan in Tasch, dit is het laatste dorp dat met de auto is te bereiken in dit dal. Het laatste stukje naar Zermatt moeten we met de trein. De auto laten we hier achter in een mooie moderne en ruime parkeergarage op het station. We komen redelijk vroeg aan in Zermatt en hebben nog tijd om een rondje te lopen door het dorp en om Franken te tappen. We nemen nog een kop cappucino en gaan dan naar het dalstation van de Gornergratbahn. We stappen in de trein die behoorlijk vol wordt, vooral heel veel Japanners of Chinezen. Een bijzondere ervaring, vooral als we de Matterhorn goed in het zicht krijgen. Enthousiaste kreten in een onverstaanbare taal, maar het is duidelijk dat ze onder de indruk zijn. En er worden zoveel mogelijk foto’s gemaakt vanuit de meest onmogelijke posities.

Bij het station Rotenboden stappen we uit. Hier hebben we al een prachtig uitzicht op de Matterhorn op deze fantastische zonnige morgen. We lopen een klein stukje naar beneden naar de Riffelsee. Dit is zo’n punt waar de meest prachtige foto’s worden gemaakt van de Matterhorn met weerspiegeling in het water. Als je foto’s van de Matterhorn ziet, kom je ongetwijfeld ook foto’s tegen vanaf dit meertje. Je kan wel merken dat dit een populair fotoplekje is. Het is hier nog super druk. We maken natuurlijk ook een paar prachtige foto’s hier en gaan dan verder.

We lopen langs de zuidhelling van de Gornergrat, we lopen hier boven een heel mooie gletscher, de Gornergletscher. Hier op dit pad is het al een stuk rustiger. Dit voelt al wat meer als een huttentocht. Genieten van de fantastische omgeving en de rust. We krijgen al snel zicht op de Monta Rosa Hütte midden op de gletscher. Het is een bijzondere en zeer modern uitziende hut. We hadden graag in deze hut willen overnachten door een deel van de gletscher over te steken. Helaas zijn we precies één dag te laat. Juist vandaag sluit de hut voor het winterseizoen. Dus we moeten vandaag een stuk verder lopen.

Verderop zigzaggen we nu langs de helling omhoog de graat op. We worden hier vergezeld van een stel jonge Amerikanen die hier ook de helling omhoog komen. Bovenop de graad maken we wat groepsfoto’s over en weer. Toch wat makkelijker dan een selfie maken. We zitten hier net voorbij het eindstation van de Gornergratbahn en het hotel wat daar naast staat. Omdat we aan de andere kant van de graat weer naar beneden moeten komen we hier ook langs en natuurlijk is het hier weer enorm druk.

Zo dalen we weer een heel eind af richting de Grünsee, ook hier is een hut die inmiddels al gesloten is. Dus ook hier kunnen we niet overnachten. We lopen daarom hiervandaan verder. Het gaat nu weer omhoog richting de Fluhalp. Al met al is het best een stevige wandeling vandaag zo na een nacht rijden. Maar als we in de Fluhalphütte aankomen genieten we na van de prachtige omgeving bij een heerlijk glas bier.

Tegen de avond begint het te betrekken. Aan de andere kant in het dal naast de Matterhorn zien we een bui. Het geeft een heel bijzonder effect als de zon er half op schijnt. En we zitten inmiddels lekker droog in de hut, dus ook dit is genieten. We krijgen nog een heerlijke warme maaltijd en daarna is het al vroeg tijd om naar bed te gaan. Heerlijk om te gaan slapen na een lange vermoeiende en zeer indrukwekkende dag.

De volgende dag hebben we geen haast. Omdat het met plannen in deze tijd van het seizoen wat lastiger was en we daardoor de eerste dag extra ver moesten lopen hebben we gelijk voor 2 nachten in de Fluhalphütte afgesproken. Vandaag kunnen we dus gewoon een rondje lopen in de buurt van de hut. We hebben besloten om naar de gletscher hier vlakbij te lopen en te kijken of we daar veilig een stukje overheen kunnen lopen. Het is vanmorgen nog wat bewolkt en nat. Het heeft vannacht een klein beetje gesneeuwd en nu is het aan het smelten. Als we op weg zijn klaart het al snel op en breekt de zon door.

We lopen over een smalle rand van het dal van de gletscher, het is een karakteristieke helling waarbij je goed kunt zien dat hier de gletscher heeft gelopen en nu een enorm stuk is weggesmolten. We kunnen een heel eind langs deze helling oplopen, maar op een gegeven an n zijn gekomen. We proberen of we hier langs de rotsblokken naar beneden kunnen komen, want dan komen we bij de gletscher uit. Maarten ziet het wel zitten en gaat hier naar de gletscher, maar Arnoud en ik vinden het toch wat te riskant. We besluiten om het pad terug te lopen en dan vanaf beneden richting de gletscher te lopen. We spreken af dat we elkaar daar weer treffen. Het voordeel is dat we elkaar een heel stuk van de weg kunnen blijven zien.

Zo lopen we ongeveer een uur weer terug vlak langs de hut en daarvandaan weer door over een ander pad dat hier de helling afgaat het gletscherdal in. Als we daarvandaan richting de gletscher lopen treffen we Maarten die daar heerlijk op een grote platte rots in de zon ligt te rusten. We genieten nog een tijdje van de zon hier en eten nog een broodje die we mee hadden genomen. En we gaan daarna nog even naar de voet van de gletscher. Ook een mooi stuk landschap. Het is hier vrij vlak en er komt een behoorlijke stroom onder de gletscher vandaan die hier door de vlakte meandert. Met wat sprongen kunnen we de beek oversteken van steen naar steen. Als we zijn uitgekeken lopen we terug over het pad waarlangs Arnoud en ik naar beneden zijn gekomen en zijn zo weer op tijd in de hut terug.

Maandagmorgen moeten we vroeg aan de bak. Vandaag staat er wel een lange tocht op het programma. Daarom gaan we voor ons doen redelijk vroeg op pad. Het is helemaal helder en daardoor behoorlijk koud. Al het gras is flink bevroren. En het is betoverend mooi om de vroege ochtendzon te zien schijnen tegen de Matterhorn. Als we even op weg zijn komen we een grote kudde gemsen tegen. Er zijn ook nog wat jongen bij. Prachtig gezicht om ze zo weg te zien springen. We gaan eerst nog een flink eind omhoog achter de Fluhalp. En dan komen we bij een sattel waarvandaan we het volgende dal in kunnen afdalen. Boven op het sattel komen we 2 amerikaanse toeristen tegen die met een gids hebben geprobeerd een top hier in de buurt op te komen door de sneeuw. Het is helaas niet helemaal gelukt. Het bleek toch te zwaar te zijn en ze moesten halverwege weer terugkeren. Ze vertelden dat ze ook nog op hun lijstje hadden staan om de Matterhorn zelf te beklimmen als dit gelukt was. Maar dat plan laten ze nu ook maar varen.

Intussen beginnen wij aan onze afdaling in het volgende dal. Het is nog goed uitkijken want veel stenen zijn nog bevroren en hebben soms een verraderlijk glad laagje erop zitten. Gelukkig staat de zon erop en is het iets lager al wat warmer. Dus verder is het wel een lange maar geen gevaarlijke afdaling meer. We gaan eerst door een grote morenen helling. Dankomen we op een onverharde weg uit die meer door de alpenweiden loopt. We lopen een kudden schapen tegen het lijf die heel de weg bezetten, maar als we dichtbij komen wijken ze snel uit de weide in. Zo kunnen we ongestoord onze weg vervolgen. Verderop richting de mond van het dal komen we een nederzetting tegen waar ook een pensionnetje is. Ze zijn al aan het opruimen en inpakken voor vertrek, maar gelukkig kunnen we nog wel een bordje soep bestellen.

Vanaf hier is het nog een behoorlijke afstand voordat we bij onze laatste hut zijn. We zijn dus blij dat we nog wat energie konden tanken uit de soep. We lopen nu verder langs vrij steile hellingen van het hoofddal (Zermatt, Tasch en Randa). We passeren nog wat bruggetjes en tunnels. Dan komen we eindelijk na een lange dag bij de langste loopbrug ter wereld. Klinkt spectaculair, maar in werkelijkheid viel het iets tegen. Een aardige belevenis, maar niet overdreven indrukwekkend. De Matterhorn zelf heeft een veel grotere indruk achtergelaten dan deze hangbrug, maar goed we waren er toch en toch leuk om er geweest te zijn.

Hierna nog even een beste klim voordat we uiteindelijk bij de Europahütte zijn. Het is een vrij kleine hut met relatief best wel wat bezoekers. Dus niet overvol maar wel een gezellige drukte. Vlak voor het eten wordt er wat zout gestrooid buiten, daar komt een groep steenbokken op af. Blijkbaar een vaste attractie hier. Wel leuk om de steenbokken even van dichtbij te zien.

De laatste ochtend gaan we nog een keer over de 484 meter lange hangbrug en dalen daarna direct af het dal in. We komen uit in het dorp Randa en hier zijn we net op tijd om op de trein te springen naar Tasch waar de auto staat. En dat was nog niet eens de laatste trein die we hebben genomen. We rijden met de auto naar Goppenstein en nemen daar de autotrein door de tunnel naar Kandersteg. En vandaar kunnen we zo door naar huis.

Dit was echt de tocht van de treinen. En natuurlijk de tocht van de Matterhorn… want “Was war es ohne Matterhorn”. Onvergetelijk!

Huttentocht 2016 – Lienzer dolomieten

We hebben het 2016. De dolomieten bevallen zo goed dat we er ook dit jaar weer heen willen. Wel de Oostenrijkse kant deze keer, dus de Lienzer dolomieten in Ost-tirol. We rijden met de auto tot vlak bij de Dolomiten Hütte, een luxe die we nog niet eerder hebben gehad, tot zo vlak bij de hut te komen met de auto. We overnachten pas op de laatste nacht in deze hut en we lopen nu eerst naar een hut verderop.

Dolomiten Hütte

We beginnen op een brede grindweg richting de Karlsbader Hütte en passeren nog een boomstam waterbak met bron en een beekje met wat speelgoed watermolentjes. Daarna gaat het verder op een wat smaller en steiler gruispad tot net boven de boomgrens. Daar zien we de Karlsbader Hütte al liggen. Maar ook daar gaan we later pas naartoe, nu gaan we rechtsaf. We gaan een vrij hoog sattel over en daarna langs een wand van een soort keteldal naar de Weittalspitze. Het laatste stuk deze berg op gaat via een klettersteig. Het is niet een heel zware klettersteig, maar er zitten toch een paar pittige stukjes in. Onder andere een klein stukje ongezekerd over een steile gruishelling met weinig grip en een opstapje waar we even een extra handje hulp nodig hadden om tegen op te klauteren.

Weittalspitze

Al met al toch weer gelukt. En dan even heerlijk genieten van de omgeving en het uitzicht vanaf de top. Dan is het al gauw weer tijd om af te dalen naar de Kersenbaümer Alm. Eerst een steile gruishelling en even verder een minder steil gruishelling, daar gaat het iets sneller en makkelijker naar beneden. Het laatste deel gaat door een alpenweide en bereiken we ook al de boomgrens. Zo bereiken we de kleine maar gezellige hut. Het is er niet druk dus we hebben genoeg ruimte. We krijgen een prima maaltijd voorgeschoteld, die smaakt altijd goed na een lange en vermoeiende dag.

Kersenbaümer Alm

De volgende dag is wel een heel bijzondere, de allereerste keer dat ik mijn verjaardag in een berghut vier. Dus is het ontbijt extra lekker. Het brood was net zo droog als altijd, maar op je verjaardag smaakt het veel beter. Tijdens het ontbijt gelijk maar mijn cadeautjes uitgepakt. Na het traditionele selfie moment kunnen we weer op stap met een mini slinger aan mijn rugzak en stralend weer. Eerst een stuk door het bos en al gauw omhoog de volgende berg op. Ook deze dag weer een mooie klettersteig op het programma, de Madonnen klettersteig. Iets zwaarder dan gisteren en met een heuse kabelbrug, een kleine weliswaar, maar het geeft wel een extra dimensie aan deze dag. Vanaf de top van de große. Gamswiesenspitze zien we de Karlsbader Hütte liggen, ons einddoel voor vandaag.

Kabelbrug

Via een ander pad lopen we naar beneden naar het begin van de klettersteig. Van daar vervolgen we onze oorspronkelijke pad naar de Karlsbader Hütte. Eerst nog wel weer omhoog naar het sattel waar we de eerste dag al langs zijn gekomen. Daar vandaan dalen we in een tamelijk rechte lijn af naar de hut. Deze hut is wat groter en ligt ook iets meer op hoogte. Bovendien is het ook wat drukker. Er zijn wat militairen die hier in de buurt wat klimoefeningen doen.

Karlsbader Hütte

De laatste wandeldag is alweer aangebroken. Deze dag begint wat bewolkter en daardoor ook wat frisser om te wandelen. We doen eerst een rondje klettersteig om daarna weer bij deze hut te lunchen. We kunnen de meeste spullen dus in de hut achter laten om later op te pikken. Zo gaan we vol goede moed op pad vandaag. Als we de eerste top bereiken, de Kleine Laserzkopf, dan is het weer al aardig opgeklaard. Een magnifiek uitzicht op het dal van Lienz en richting Matrei is onze beloning. Vanaf daar is het nog een heel aantal hellinkjes op en af en uiteindelijk gaan we vlak voor de laatste hoge top via de notabstieg naar beneden terug naar de hut. Het was een bijzonder mooie klettersteig met prachtig uitzicht, zeer de moeite waard.

Uitzicht
Uitzicht naar de Gross Glockner

In de hut genieten we nog van een lekker bord soep en vertrekken dan voor de laatste etappe van de tocht. We lopen op ons gemak naar de Dolomiten Hütte. Grotendeels dezelfde route als het begin van de eerste dag, maar dan in tegengestelde richting. Zo bereiken we de hut die op een spectaculaire plek ligt in het bos bovenaan een steile rotswand met uitzicht op de groene hellingen aan de andere kant van het brede dal. Hier verblijven we voor onze laatste overnachting, voordat we fris en uitgerust weer in de auto kunnen stappen om naar huis te rijden. Maar het loopt wat anders. Eén van ons moest ’s nachts naar de dokter in het dal, wat eindigde in een onverwachte helikoptervlucht naar het ziekenhuis in Klagenfurt. Een bedrukt en onverwacht einde van deze tocht, maar gelukkig is alles uiteindelijk wel goed gekomen.

Huttentocht 2015 – Drei Zinnen

In 2015 willen we graag weer een keer terug naar de Dachstein gruppe, daar zijn nog zoveel mooie klettersteigen die willen we nog graag een keer doen. Maar naarmate de datum van de tocht nadert blijkt het weer in Oostenrijk niet geschikt te worden voor deze tocht. Maar goed we gaan toch maar op weg en we nemen het klettersteig boek mee, zodat we nog een leuke tocht bij elkaar kunnen puzzelen. Ergens halverwege Duitsland besluiten we toch maar weer naar de dolomieten te gaan en deze keer naar de Drei Zinnen.

Fischleintal

We parkeren de auto ’s morgens in het Fischleintal vlak bij Moos. Echt Süd -Tirol hier. Alles in het Duits en in het Italiaans. Onderweg hebben we nog wel wat buitjes gehad, maar als we uitstappen is het al echt zonnig. Heerlijk weer voor een flinke wandeling.

Talschlusshütte

We beginnen met een redelijk vlak stuk. Het is hier ook wat drukker. Duidelijk een geliefd wandelgebiedje voor mensen die in zijn voor wat lichtere inspanning. Heel gemoedelijk dat wel. Na het passeren van een lokale hut, de Talschlusshütte, begint het echte werk. Vanaf hier volgen we een goed begaanbaar, wel wat steiler pad omhoog. Na een tijdje komen we een mooie picknick-tafel tegen, een uitstekende gelegenheid om een lekkere lunch te eten. De semmeln zijn nu nog redelijk vers, dus het smaakt uitstekend.

Picknick

We worden omgeven door imposante rotspartijen en gruishellingen met nog wat verse sneeuw erop. Het ziet er al indrukwekkend uit. We moeten nog een heel klimmetje dus we vervolgen onze weg. Met een zeer beheerst tempo komen we zo steeds verder en bereiken we wat later in de middag de Drei Zinnen Hütte. Het is inmiddels wel wat frisser geworden en met een lekker jackie aan gaan we nog even op het terras zitten. Fantastisch vol uitzicht op de wereldberoemde Drei Zinnen – of Tre Cime in het Italiaans – heb je hier. Volop genieten dus, met natuurlijk een welverdiend glas bier.

Drei ZInnen

De Drei Zinnen Hütte is een behoorlijk grote hut en het is er ook vrij druk. Dus allemaal tegelijk aan tafel in de eetzaal voor het diner. En ’s nachts slapen we in een grote zaal vol stapelbedden. Het is ons om het even. Slapen doen we toch wel na een slaaparme nacht in de auto en een stevige wandeling overdag.

Drei Zinnen in de zon

De volgende morgen begint met een prima ontbijt en heerlijke ochtendzon tegen de toppen. Beter kun je de dag toch niet beginnen. Het is buiten de hut wel al wat drukker. Er is een trail run vandaag met de finish precies hier voor de hut. Dus de voorbereidingen zijn al in volle gang en de muziek is alvast op volume gebracht. Gezellig wel, maar voor de rust moet je hier nu even niet zijn.

Tunnel

We lopen vandaag een zeer gevarieerde route. We beginnen dicht bij de hut in een tunnel die grotendeels door de berg omhoog gaat. Een hele leuke ervaring. Soms een steil pad, soms een trap. Soms donker en soms met licht door openingen aan de zijkant. Vanuit die openingen heb je ook nog vaak leuk uitzicht. En we kunnen ook mooi onze “mijnwerkerslampjes” gebruiken in de donkere gedeelten. Na de tunnel volgt een mooie klettersteig naar een sattel. Vanaf hier kiezen we eerst voor een klettersteig naar de top van de Paternkofel. Een mooie top met prachtig uitzicht op de omgeving en op de Drei Zinnen.

Drei Zinnen

We vervolgen de route terug naar het sattel en vandaar door over een wat makkelijker deel van de klettersteig door richting de Büllele Joch. We komen nog wel een stukje tegen waar je niet rechtop langs kunt lopen, dan maar even op de knietjes. De klettersteig gaat verderop over in een gewoon pad. Nog wat verder is het ineens veel drukker. Het blijkt dat we hier lopen over het uitgezette parcours van de trail run. Gelukkig zijn de paden hier breed genoeg, Je kunt elkaar hier prima passeren. Bij de Büllele Joch genieten we van een lekkere Apfelstrudel met slagroom, prima lunch!

Büllele Joch

Vanaf hier maken we een uitstapje naar een ander topje hier vlak achter. Het is niet zo heel veel hoger, maar er is wel een mooi uitzicht op het dal. En we komen ook langs restanten van loopgraven uit de eerste wereldoorlog. Best indrukwekkend om te zien en om je voor te stellen hoe dat geweest moet zijn zo’n 100 jaar geleden.

Dolomieten

De rest van de middag lopen we door naar de volgende hut: Rifugio Zsigmondy Comici. We komen niet heel vroeg aan, maar ruim op tijd voor het diner. Lekkere Schnitzel met frieten. Alleen Arnoud heeft meer zin in een omelet. We slapen in de kelder en moeten buitenom om er te komen. Best fris zo ’s avonds. Voordeel is wel dat we de kamer voor onszelf hebben deze keer.

Zsygmondi Comici Hütte

Na alweer een goed ontbijt stappen we de volgende morgen weer bijtijds op. Onder een strak blauwe lucht wandelen we door de frisse ochtendlucht de laatste etappe. We komen nog een stuk klettersteig tegen met een mooie fotospot. Daar moeten we natuurlijk even uitgebreid gebruik van maken. We hebben nog een stuk klettersteig op de planning vandaag, maar door de sneeuw die er ligt vinden we het te riskant. We gaan weer een stukje terug en lopen via de normale kortere route het dal in.

Fotoshoot

We komen precies op tijd beneden. Als we net op het terras zitten begint het wat te regenen. Hiervandaan kunnen we mooi met een kabelbaantje naar beneden. En vanaf daar nog een klein stukje met de bus naar de parkeerplaats waar de auto staat.

Ins tal

Zo zijn we mooi op tijd beneden. We kunnen nu vast aan de terugreis beginnen. We rijden tot vlakbij de Duitse grens en daar overnachten we in een ruim appartement in Lermoos. Zo zijn we al een mooi eindje op weg en kunnen we morgen de reis rustig afsluiten. Zo hebben we weer heerlijk genoten van opnieuw een wunderschöne tocht

Huttentocht 2014 – Brenta Dolomieten

2014 is een prachtig jaar. Inmiddels de 10de keer dat we erop uit trekken. Dus dat moet iets bijzonders worden. We plannen een dagje extra zodat we wat ruimer de tijd hebben. De keuze valt op de prachtige Dolomieten, met een overvloed aan klettersteigen of “via-ferrata” zoals we ze hier eigenlijk moeten noemen.

Op vrijdagavond 5 september stappen we in de auto en snellen richting Italië. Het is een flink stukje rijden, een aardig eind richting het Gardameer. Het laatste stuk gaat vooral over bochtige binnenweggetjes, dat kost ons toch iets meer tijd dan we gehoopt hadden. Zo arriveren we aan het eind van de ochtend in het skidorp Madonna di Campiglio. We zetten de auto bij het hotel waar we de laatste nacht nog overnachten en gaan met de bus terug naar het dorp om net aan de andere kant de lift te nemen naar een meter of 2400 hoogte. Uiteindelijk begint de wandeling daar zo’n beetje aan het begin van de middag. Omdat we lekker hoog beginnen hoeven we niet super veel te klimmen. Eerst vrij relaxt naar een rotsmassief met iets scheef lopende banden. Ergens over die banden loopt het pad dat we hebben moeten.

Richting het rotsmassief
Richting het rotsmassief…

Vanaf de instap van de via ferrata is het wel een echte belevenis. Stijle wanden omhoog en afgronden naar beneden, maar het pad is prima begaanbaar en aangelijnd voelt het ook behoorlijk save. Volop genieten dus. Af en toe wat overhangende rotsen waar we even moeten bukken en wat lastige stappen af en toe. En al met al is het toch nog een behoorlijk eindje. We moeten ook nog ergens een aardig stuk afdalen en iets verder weer omhoog. Het wordt al wel wat later dan gedacht. Nog 1 zogenaamde “bocca” over en dan kunnen we aan de andere kant afdalen naar de hut. Het is gaan betrekken en het begint zelfs wat te regenen. Dus ook nog even de regenkleding aantrekken. Nog meer oponthoud. Maar eindelijk om een uur of 7 komen we bij de Rifigio Tuckett aan. Gelukkig dat we nog wel wat te eten kunnen krijgen, want na zo’n lange dag zijn we daar zeker aan toe.

Rifugio Tuckett
Rifugio Tuckett

De volgende morgen ziet het weer er een stuk vriendelijker uit. Een heerlijk zonnetje erbij doet wonderen. Wat een prachtig uitzicht geeft dat ook. We hebben vandaag de keuze uit de uitdagende Sentiero delle Bochette Alte of de wat eenvoudigere route Sentiero Attrezzato SOSAT. Omdat gisteren toch iets tegenviel qua tijd besluiten we vandaag de wat lichtere route te nemen. Zo lopen we nog een heel eind met goed uitzicht op de hut. Zo valt pas echt op hoe mooi de hut eigenlijk ligt. We hebben niet teveel haast gemaakt vanmorgen, vertrek om een uur of 9. Zo is het een heel ontspannen wandeling deze morgen, maar met het weer en het uitzicht is het volop genieten. Tegen het eind van de ochtend komen er toch weer wat wolken tegen de berg aan plakken, zodat we af en toe even in de mist lopen. We komen hier weer op een stuk via ferrata met laddertjes, kabels, oversteken en wat er allemaal nog meer bijhoort. Lekker afwisselend. Verderop komen we een wel heel lage rots tegen waar we onderdoor moeten, er zit niet veel anders op dan op de knieën het laagste stukje te passeren. Gelukkig maar een kort stukje, want comfortabel is het zeker niet.

Kruipen onder de rots door
Kruipend onder de rots door.

Na deze passage schiet het al aardig op nog een bochtje om en we zien de volgende hut alweer liggen. Om ongeveer half drie arriveren we in de Rifugio Alimonta. Zo was deze dag een stuk ontspannender dan de vorige dag. Nog genoeg tijd om ons in de hut te vermaken met een spelletje en een lekker glaasje drinken. En daarna natuurlijk een heerlijke nacht snurken. Dat doet een mens goed.

Voor dag 3 zijn de plannen weer wat uitdagender. De wekker gaat dan ook wat eerder af vandaag. & uur aan het ontbijt en ongeveer kwart voor acht klaar voor vertrek. Weer is de lucht overwegend blauw en genieten we van de zon op de bergen en in het dal. Zelf lopen we nog in de schaduw van de berg. Eerst moeten we een flink sneeuwveld over. En omdat we nog in de schaduw lopen is het best hard. Franc en ik hebben stijgijzers mee, en die komen goed van pas. Arnoud en Maarten redden zich met stokken en een pikkel. Zo maken we ook eens gebruik van onze uitrusting. Na het sneeuwveld volgt een instap naar de via ferrata via een stijle ladder en een horizontale rotsrichel met een kabel erover gespannen. Maar als je dan bovenaan de ladder komt en over de rand heenkijkt… Wat een adembenemend uitzicht zeg. Een berglandschap met de volle zon erop en wat lager een prachtige laag wolken waar je bovenop kijkt. En dan wat naar rechts loopt het pad met een loodrechte muur ernaast omhoog en een loodrechte helling aan de andere kant naar beneden. Wow, dat is echt heftig. En gezekerd aan een staalkabel loopt het zo heerlijk en relaxed, ongelooflijk gewoon.

Adembenemend uitzicht
Een adembenemend uitzicht

Het pad loopt een heel eind langs de rots op een klein beetje op en neer. Af en toe smal met kabel, soms wat breder en zonder kabel. Wat een voorrecht om hier te mogen lopen. Ik moet af en toe wel even terugdenken aan Psalm 121. Dat is echt de psalm geworden van deze tocht: “Ik sla mijn ogen op naar de bergen, van waar komt mijn hulp? Mijn hulp komt van de HEER die hemel en aarde gemaakt heeft. Hij zal je voet niet laten wankelen, hij zal niet sluimeren, je wachter.” En dat is maar goed ook…

Het smalle pad
Langs het smalle pad

Na een tijdje moeten we een oversteek maken via een “bocca” naar de andere kant van de berg, door een smalle kloof. Hier moeten we om een paar hoge rotskolommen heen en weer wat trapjes af en op en op en af. Zo komen we tegen half 1 aan bij een hut, Rifugio Tommaso Pedrotti, waar we even een lunch nemen en wat te drinken.

Rifugio Tommaso Pedrotti
Rifugio Tommaso Pedrotti

Maar we zijn nog niet klaar voor vandaag. Na de lunch stappen we weer op voor het tweede deel van de dag. Dit gaat wat meer over gewone wandelpaden. Nog een beste wandeling met een paar honderd hoogtemeters erin. Zo komen we rond een uur of 4 aan bij de eindhalte van deze dag. De hut Rifugio Silvio Agostini. Ook hier genieten we van lekker drinken, een goede maaltijd en een heerlijke nachtrust. Bij een heldere nacht kunnen we zelfs nog de volle maan bewonderen.

Uitzicht vanaf Rifugio Silvio Agostini
Uitzicht vanaf Rifugio Silvio Agostini

Alweer lacht de gouden morgenzon ons vrolijk tegemoet, wat een schoonheid geeft dat. We hebben nog prachtige plannen voor vandaag. We wilden nog een mooie via ferrata doen en dan een oversteek via een gletsjer naar de Rifugio Brentei en daarvandaan naar beneden het dal in. Maar het lijkt ons toch te gevaarlijk over de gletsjer, omdat we ook niet allemaal stijgijzers bij ons hebben. Dat betekent dat we vandaag een groot deel van de wandeling van gisteren in tegengestelde richting lopen. Zo kunnen we van de andere kant naar de Rifugio Brentei en daarvandaan alsnog naar het dal. ’s Morgens zien we een taaie Berlijnse man van 70 wel richting de gletsjer vertrekken. Die durft het blijkbaar wel aan. Wij vertrekken ook en genieten alsnog van de wandeling en het mooie weer. We komen nog een heel aantal gemzen tegen. En ander natuurschoon, veel kleurige bloemen bijvoorbeeld. We komen nog langs een kapelletje vlakbij de Rifugio Brentei. We zijn al een aardig eind gedaald en voelen onze benen inmiddels al flink. Bij de hut bestellen we een lekker kommetje soep om nog wat energie op te doen voor de laatste etappe. Inmiddels komt de Berlijnse man er ook al aan. Hij doet op zijn leeftijd met gemak een langere moeilijkere tocht in bijna dezelfde tijd als wij. Nou ja, hij zal al wel zijn hele leven in de bergen wandelen. Oh, ook dat niet. Het blijkt na een gesprekje met hem dat hij nog maar een jaar of 10 geleden is begonnen met wandelen, daarvoor tenniste hij altijd, maar dat lukte niet meer zo goed. Dan maar bergklimmen, dat is een stuk makkelijker blijkbaar…

Kappeletje bij de Rifugio del Brentei
Kappeletje bij de Rifugio Brentei

Affijn vol goede moed gaan we aan het vervolg van de afdaling beginnen. Eerst nog een mooi pad met veel uitzicht, dan door een tunneltje en even later naderen we de boomgrens. Hier proberen we maar zo snel mogelijk beneden te komen, er lijkt regen aan te komen. Dus met gezwinde spoed door het bos naar beneden. Goed uitkijken dat we niet uitglijden, het is op sommige plekken wel glibberig. Maar goed we zijn er bijna. Helaas net niet op tijd. De regen komt met bakken uit de lucht. En zo komen we als verzopen katten aan bij het hotel. Gelukkig kunnen we hier een lekkere douche nemen en droge kleren aantrekken. Het is trouwens best een heel leuk hotel. Gloednieuw en een moderne bouwstijl. Nog niet echt heel veel sfeer en bovendien waren er verder weinig gasten, maar wij hebben genoten van onze mooie kamer met uitzicht.

Hotel Vallesinella
Hotel Vallesinella

En zo kwam weer een fantastische tocht tot zijn eind. Bedankt mannen!

Huttentocht 2013 – Tannheimer tal – Oostenrijk

In 2013 kiezen we ervoor om al vroeg in het seizoen te gaan. Juni lijkt ons wel een mooie maand. Dan komt de natuur net mooi op gang en bovendien is het nog niet erg druk. In de agenda komen we wat vroeg uit in de maand en dan blijkt de keuze voor hutten die open zijn niet al te groot. We komen uiteindelijk uit in Oostenrijk, net over de grens. Daar is een hut open in een mooi gebied en er is ook nog een klettersteig recht tegenover die we eventueel zouden kunnen uitproberen

Hier kan de auto wel een paar dagen staan.

Zo gaan we dinsdagavond 4 juni 2013 onderweg richting Oostenrijk. We komen mooi op tijd aan in het dorpje, we moeten even wachten tot de winkel open gaat. We bereiden ons vast een beetje voor. Zonnebrand op, ontbijtdrankje uitproberen en genieten van de zon en de prachtige omgeving. En dan gaat de winkel open. Snel de nodige boodschappen opzoeken en inpakken. En dan gaan we naar het volgende dorpje, want daar start ons avontuur. We vinden een goede plek om de auto een paar dagen te laten staan. Oeps waar halen we hier eigenlijk water vandaan voor onderweg. Misschien hebben ze ergens een kraan. Maar helaas, dan maar in het winkeltje vragen. Daar kunnen we wel water krijgen, moeten we het wel kopen, grrr. Nou ja,een paar flessen kopen dan maar, het mag de pret niet drukken.

Al keuvelend naar boven

Hoogste tijd om te vertrekken. We lopen het dorp uit en dan gelijk een bospad op. Een bruggetje over boven een woeste beek en dan komen we op een grindpad terecht die we een heel eind volgen de hoogte in. Het loopt prima zo, alle tijd om over van alles en nog wat te praten. Straks wordt het pad smaller, dan lukt dat praten niet meer zo. Maar dat duurt nog even, want de weg loopt een flink eind door.

De weg bedekt met sneeuw

Als we wat hoger komen zien we duidelijk hoeveel sneeuw er nog ligt. We kunnen ons voorbereiden op flinke stukken door de sneeuw lopen. Het is te hopen dat de doorgang veilig te passeren is. Volgens de informatie die we ingewonnen hebben, moet het prima kunnen, maar je weet maar nooit wat je tegenkomt. Op een gegeven moment is het grootste deel van de weg bedekt met sneeuw en is er een klein pad nog zichtbaar, daar is de sneeuw al weggesmolten. En niet veel later is de weg helemaal onder de sneeuw. Bovendien gaat de weg hier ergens ook over in een pad. Tenminste volgens de kaart, want zo onder de sneeuw hebben we dat zelf niet zo in de gaten.

Waar moeten we heen?

Wat we wel merken is dat we veel steilere stukken tegenkomen nu. Stevige klimmetjes en grotendeels bedekt met een dikke sneeuwlaag. We zien verderop een stel wandelaars ons tegemoetkomen. Dat geeft ons in ieder geval het idee dat we de juiste richting ingaan. Even later zien we dat de man die ons tegemoet komt tot ongeveer zijn heup in de sneeuw is gezakt op. We lopen naar ze toe om een handje te helpen met weer uit de sneeuw te komen. Maarten is er het eerste bij, maar het is ze inmiddels zelf gelukt om weer los te komen en verder te kunnen. Als ze buiten gehoorafstand zijn maken we de onvermijdelijke grap dat het geen wonder is dat je met zo’n gewicht zo diep de sneeuw inzakt. We verbazen ons erover dat hij met dat gewicht überhaupt helemaal naar boven kon komen. Wat dat betreft: petje af. Maar goed wij gaan zelf inmiddels ook weer onverschrokken verder. We komen nog langs een stuk waar overduidelijk de sneeuw aan het rollen is geweest. We moeten over de overblijfselen van een mini-lawine. Toch even spannend of de sneeuw niet opnieuw aan het rollen gaat als we eroverheen lopen. Maar gelukkig, dat valt alles mee. Uiteindelijk zijn we bijna op de kam. Met een kleine omweg kunnen we nog een topje meenemen. Dat besluiten we maar te doen. Hoewel we weer wat hoger zijn is het hier veel groener dan net op de helling. Waarschijnlijk heeft de zon hier zijn werk gedaan en is de meeste sneeuw hier al weggesmolten.

Zicht op de hut vanaf het topje

Op de top genieten we van het uitzicht. Op de hut beneden ons. En ook over de Vilsalpsee die we hier vandaan ook gedeeltelijk kunnen zien liggen. En van heel wat rijen bergtoppen die we verder nog zien. Na een korte rustpauze vervolgen we onze weg. We hebben nog een behoorlijke afdaling te gaan van hier naar de hut. Niet super steil, maar toch lastig genoeg door de sneeuw die ook hier in ruime mate ligt, maar net niet dik genoeg is om er onbekommerd door naar beneden te rennen. Zo bereiken we ergens halverwege de middag de hut.

Vertrek vanuit de hut

Na een prima nachtrust en behoorlijk ontbijt gaan we weer op weg voor een rondje over de bergtop vlak voor de hut. We lopen eerst weer in de richting waar we de vorige dag vandaan zijn gekomen en gaan dan al gauw wat meer naar rechts. Zo komen we aan de achterkant van de berg uit en kunnen we vandaar omhoog naar de top. Er liep ook een klettersteig bijna recht omhoog naar de top, maar gezien de vele sneeuw leek het ons verstandiger toch maar de normaal-route te nemen. Deze was uitdagend genoeg bleek al snel.We moeten recht tegen een behoorlijk steile sneeuwhelling op. Met onze schoenen schoppen we een soort treden in de sneeuw en zo hebben we voldoende grip om de helling als een soort trap te beklimmen.

Recht tegen de sneeuwhelling op

Zo bereiken we na een paar uurtjes de top en genieten we weer volop van het uitzicht. We kijken recht op de hut en kunnen vanaf hier 3 meertjes achter elkaar zien liggen. Ze liggen op heel verschillende hoogtes, maar vanaf hier valt dat niet zo op. Het blijkt alleen wel duidelijk aan het ijs op het eerste meertje en niet op de andere 2. 

De drie meren

De afdaling vanaf de top de andere kant langs weer terug naar de hut, begint met een lastig stukje. Het is steil en het pad is moeilijk te vinden zo moeten we verschillende gladde sneeuwvelden over, maar ook een paar bijna net zo gladde groen stukken. Peter glijdt een paar keer enkele meters door op zijn gat. Gelukkig komen we niet veel later op een duidelijker en breder pad die goed begaanbaar is. Dat is maar goed ook, want Peter heeft flink de bibbers in de benen. We komen nu bij een kam aan de rand van de kom waaraan de hut ligt. Deze helling ligt weer helemaal vol met een dikke laag sneeuw. Maar hier weten we wel raad mee. Hier kun je prima in volle vaart naar beneden stormen. We maken voor de zekerheid wel een zigzag beweging, zodat we niet helemaal als een dolle doorschieten, want er loopt ook nog een beek in het laagste deel van de kom. Daar willen we toch liever niet inzakken. Zo zijn we in no-time weer terug bij de hut. Tijd voor een soepje en dan nog een hele middag over.

In volle vaart naar beneden

We hebben nog ruim voldoende tijd om toch even een stukje klettersteig te gaan uitproberen. We gaan met z’n drieën. Peter houd ons vanaf het terras goed in de gaten. Onderaan de klettersteig is er ook een heel kort proefstukje. We leven ons even uit op verschillende moeilijke stukjes. Maarten pakt het lastigste stuk. Een meter of 4 recht omhoog met de voetzolen plat tegen de rots en verder vooral aan de kabel achterover leunen voor meer grip. Hebben we tenminste ons setje niet voor niets meegenomen. Als we uitgespeeld zijn lopen we weer door de sneeuw terug naar de hut om het gezelschap van Peter weer op te zoeken.

Even oefenen

Na weer een goede nacht en idem ontbijtje is het alweer tijd om vandaag het dal terug in te gaan. We hebben nog genoeg tijd, dus voordat we naar beneden gaan willen we ook nog even een andere top beklimmen. We doen dat weer met z’n drieën. Nog best een flinke klim, maar we doen het toch heel snel. En dan terug naar de hut gaat helemaal op topsnelheid. Opnieuw in volle vaart van de sneeuwhelling naar beneden. Het gaat nog sneller dan gisteren. We krijgen echt de smaak te pakken.

Op de top van de Rote Spitze

Bij de hut pikken we Peter weer op en gaan we echt aan de afdaling naar het dal beginnen. Het eerste stuk is lastig en steil. Met behulp van wat kettingen die aangebracht zijn lukt het zonder kleerscheuren. En hierna gaat het een stuk makkelijker. We komen eerst langs de Traualpsee en een tijd later bij de Vilsalpsee. Hier is heel goed te zien dat het echt lente is. De weiden aan het meer zijn helemaal geel van de bloemen. We komen op ongeveer een kwart van het meer uit. Maar omdat het pad door lawines verspert is moeten we 3 kwart van het meer rondlopen in plaats van 1 kwart. Maar het is prachtig en vlak, dus het is geen straf. We komen dan bij een restaurant uit aan de oever van het meer. We nemen hier een verrukkelijke lunch met vers brood – in tegenstelling tot in de hut – en heerlijke gebakken eieren. 

De Vilsalpsee met gele weiden

Bij het restaurant vandaan loopt een weg, hier rijd een soort treintje naar het dorp. Helaas hebben we niet goed op de dienstregeling gekeken en als wij verder willen duurt het nog een uur voordat het volgende treintje gaat. We gaan toch maar gewoon lopen in dit geval. En zo komen we na toch weer bijna 2 uur lopen aan in het dorp. We zoeken hier een hotel voor de laatste overnachting. En dan natuurlijk het leukste deel van de tocht. Nog even ruim 5 kilometer lopen om de auto weer op te halen in het dorp verderop. Franc en ik zijn weer de pineut. Maar geen probleem, als je wilt wandelen dan zul je wandelen.